513290, Haarlem

Inleiding

Aan noordelijke rand van de begraafplaats gesitueerd openbaar MAUSOLEUM in neoclassicistische trant, gebouwd in 1893 naar ontwerp van de toenmalige Haarlemse gemeentearchitect J. Leijh, die het gebouw in het basement links naast de ingang signeerde. Aannemer was A. Rinkema uit Haarlem.

Door plaatsing op een sokkel verheft zich dit met de voorzijde (zuid) naar de begraafplaats gerichte gebouw ten opzichte van de omgeving. Het vervult hierbinnen tevens een decorfunctie.

In 1925 werd het centrale volume ingericht als aula. Na 1960 werd het plafond van de aula verlaagd en de portiek voorzien van een glazen afsluiting met in de bovenrand een donkere horizontale baan.

Omschrijving

Het symmetrische gebouw staat op een rechthoekig grondplan en bestaat uit drie delen: een centraal en risalerend volume met flauw hellende dwarskap, geflankeerd door lagere zijvleugels met flauw hellende langskappen. Het centrale volume heeft een Dorisch tempelfront met twee gecanneleerde zuilen tussen anten. In het timpaan bevindt zich een sculptuur van de beeldhouwer J.P. Maas voorstellende de drie schikgodinnen met de levensdraad uit de Griekse mythologie. De zijvleugels bestaan uit colonnades van Ionische zuilen en halfzuilen.

Het centrale volume wordt (via de glazen wand) bereikt door een hoge dubbele centraal geplaatste paneeldeur in de achterwand van de zuilenvoorhal die in oorsprong donker gekleurd was. De in oorsprong eveneens donker gekleurde traveeën van de colonnaden in de zijvleugels zijn blind. Zuilenvoorhal en colonnaden staan met elkaar in verbinding via een monumentale doorgang in de tussenmuur. In de zijvleugels en in de kelders hieronder zijn aan weerszijden van een centrale gang oorspronkelijke wandgraven aanwezig die respectievelijk via daklichten en glas in de gangvloer van daglicht worden voorzien. Graven bevinden zich ook in de vloer van de colonnaden van de zijvleugels. De zijgevels van het gebouw bevatten twee grote omlijste vierruits vensters waarvan de zuidelijke exemplaren blind zijn. De flauw hellende geveltoppen zijn gedecoreerd met een cirkel tussen twee driehoeken. Half onder maaiveldhoogte bevinden zich in de zijgevels de ingangen naar de kelders, die via een aflopend talud worden bereikt. De geheel blinde achterzijde van het gebouw ligt op de erfscheiding van de begraafplaats en is alleen vanuit de particuliere achtertuinen van de huizen aan de zuidzijde van de Pijnboomstraat zichtbaar.

Het basement, de zuilen en een aantal architectonische details zijn uitgevoerd in zandsteen. Friezen en lijstwerk zijn van hout. Het overige muurwerk bestaat uit gepleisterde baksteen met in de zijgevels het motief van blokken natuursteen. Het deel van de zijgevels onder de hoogte van het basement is zwart gemaakt.

Waardering

Als goed herkenbaar voorbeeld van een openbaar wandgraven-mausoleum van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische en architectuurhistorische waarde, tevens van belang als functioneel en prominent gesitueerd onderdeel van het complex van de Algemene Begraafplaats Kleverlaan.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
513290
Complexnaam
Algemene Begraafplaats Kleverlaan
Provincie
Gemeente
Plaats
Complexomschrijving

Inleiding

In de gemeente Haarlem gelegen BEGRAAFPLAATS, genaamd Algemene Begraafplaats Akendam, aangelegd naar ontwerp van J.D. Zocher jr. uit 1828 en in 1832 voor het eerst in gebruik genomen. De begraafplaats kwam tot stand ter plaatse van Zocher's buitenplaats Akendam aan de Schoterweg in de toenmalige gemeente Schoten. Het betreft hier de eerste buitenbegraafplaats van Haarlem, gesticht als gevolg van het verbod tot begraven binnen de bebouwde kom bij Koninklijk Besluit van 1827. De huidige omvang van de begraafplaats ontstond na uitbreidingen in 1887 en 1916, respectievelijk naar ontwerp van L.P. Zocher en L.A. Springer. Tussen 1925 en 1930 verloor de begraafplaats een deel van het oorspronkelijke karakter door onder meer de demping van een aantal vijvers aan de oostzijde ten behoeve van de verbreding van de Schoterweg. Het L-vormige, aan de oostzijde geknikte terrein, wordt omsloten door de Kleverlaan (zuid), ter Spijtstraat (west), Achterweg (noord en west), Pijnboomstraat (noord) en Schoterweg (oost). Het terrein ligt gemiddeld enige meters hoger dan het omringende maaiveld. Onder de bescherming vallen de volgende onderdelen: de hoofdingang (A); de noordelijke zij-ingang (B); de zuidelijke zij-ingang (C); de houten abri (D); het openbaar mausoleum (E); een materiaalbewaarplaats (F); het grafmonument van C. Outshoorn (G); de houten kapel (H); de Joodse begraafplaats (I); de grafstenen van J.D. en L.P. Zocher (J, K); een rustieke gietijzeren brug (L); het grafmonument van Jaap Eden (M); de parkaanleg met bijbehorende padenstelsels, waterpartijen en beplanting van de begraafplaats (N); het grafmonument van J. Outshoorn (O).

Omschrijving

De 19de-eeuwse parkaanleg is gebaseerd op de Engelse landschapsstijl, de vroeg 20ste-eeuwse uitbreiding is meer geometrisch van karakter. Er is sprake van een duidelijke samenhang tussen de parkaanleg en de situering van graftekens en architectuur. De meeste beschermde objecten liggen in het 19de-eeuwse gedeelte van de begraafplaats, waarvan de oudste aanleg een protestants, Joods en rooms-katholiek gedeelte bevat. Het oudste object is hier de houten kapel, gebouwd in 1831 in neogotische trant. De Joodse begraafplaats ligt op een schiereiland en bevat een klein bouwvolume temidden van evenwijdige rijen graftekens. In ouderdom met de aanleg en eerste uitbreiding overeenkomend zijn de vier identieke hardstenen pijlers aan de Schoterweg die thans de twee zij-ingangen van de begraafplaats vormen. Dicht bij de Schoterweg staan de grafstenen van de beide Zochers, respectievelijk uit 1870 en 1915, alsmede het in 1876 geplaatste neo-classicistische monument boven het graf van C. Outshoorn. Neo-classicistisch van karakter is ook het mausoleum dat net als de aan de zijde van de Schoterweg gelegen kleine materiaalbewaarplaats werd opgetrokken in de uitbreiding van 1887. Over de waterpartij die de genoemde uitbreiding van de oudste aanleg scheidt, werd kort na 1887 de rustieke gietijzeren brug geplaatst. De gemetselde pijlers van de hoofdingang en de houten abri maken deel uit van de uitbreiding van 1916 ten westen van de voormalige Achterweg, die bij deze uitbreiding werd getransformeerd tot haaks op de nieuwe hoofdingang aan de Kleverlaan gelegen oprijlaan.

Waardering

De begraafplaats met bijbehorende onderdelen is ondanks genoemde wijzigingen uit de periode 1925-1930 vanwege de herkenbaar gebleven samenhang en de betekenis van parkaanleg en architectuur van algemeen belang uit cultuurhistorisch en architectuurhistorisch oogpunt alsmede uit het oogpunt van de tuinarchitectuur.

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Mausoleum Uitvaartcentra en begraafplaatsen Begraafplaats en -onderdelen oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Haarlem BY Kleverlaan 7 B, Haarlem, Haarlem Ja
Types
Hoofdcategorie Subcategorie Beschrijving Notitie
Uitvaartcentra en begraafplaatsen Begraafplaats en -onderdelen Mausoleum
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
B 16981 Schoten
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1893 1893 vervaardiging
Naar boven