Klein Soestdijk in Zuid-Limburg
De 18e eeuwse monumentale hoeve Nieuw Ehrenstein was ernstig verwaarloosd, toen het Limburgs Landschap er zich over ontfermde. Een uniek 18e eeuws complex in een groene oase in Zuid-Limburg is straks weer klaar voor de toekomst. De Monumentenwacht Limburg helpt bij het interieur- en kleuradvies.
Langs de bovenranden van de muren kunnen we nu de complete behanggeschiedenis achterhalen
Mijnbouwschade
In de jaren dertig kwam het landgoed in andere handen. Het hoofdhuis werd toen opgedeeld in twee woningen. In 1990 stopte ook het boeren op deze plek, daardoor raakten de bedrijfsgebouwen buiten gebruik en het hoofdhuis werd lange tijd anti-kraak bewoond. René: ‘Het geheel raakte steeds meer in verval, ook door mijnbouwschade. De gangen van de mijnen liepen onder het landgoed door en dat leidde tot verzakkingen. De reparatie werd rond 1950 zo goedkoop mogelijk uitgevoerd, met gele bakstenen. In het huis werden de scheuren aan het oog onttrokken door er verlaagde plafonds aan te brengen. Dat is nu ons geluk. Want langs de bovenranden van de muren kunnen we nu de complete behanggeschiedenis achterhalen.’
Een groene oase tussen Landgraaf, Heerlen en Kerkrade
Nieuwe bedrijvigheid
Toen de mijnen in Zuid-Limburg sloten, werd gezocht naar nieuwe bedrijvigheid. De gemeente Kerkrade liet al in 1967 het oog vallen op het landgoed. De gronden op het plateau waren geschikt voor de inrichting van een bedrijventerrein en dat kwam er dan ook. Voor de panden en het natuurgebied op de helling moest een nieuwe bestemming worden gezocht. Daarvoor klopte de gemeente in 2013 bij het Limburgs Landschap aan. René: ‘Wij hebben een aantal bijzondere gebouwen in Limburg van de sloop weten te redden. Over Nieuw Ehrenstein waren wij niet meteen enthousiast, want de gebouwen waren zwaar verwaarloosd. Maar de gemeente had een plan en bovendien ook nog eens een geldbedrag dat wij konden besteden aan de restauratie. Voor 1 euro werd het Limburgs Landschap in 2015 eigenaar van het gebouwencomplex en een prachtig natuurgebied: een groene oase tussen Landgraaf, Heerlen en Kerkrade, met een uniek inheems hellingbos.’
Het bakhuis belangrijk voor behoud van de charme van dit complex
Grootste bakhuis
Het Limburgs Landschap ging de uitdaging dus aan. René: ‘Wij zijn met de werkzaamheden gestart in 2017. Momenteel knappen wij het bakhuis op. Dit was ooit het grootste bakhuis van Zuid-Limburg en stond op de nominatie om gesloopt te worden. Dat zou € 7000 kosten. Wij besloten om de cultuurhistorische waarden van het complex als basis te kiezen in de restauratie. En dat betekende dat behoud van het bakhuis belangrijk was. Ook voor het behoud van de charme van het complex en bovendien geeft het extra gebruiksmogelijkheden. Dat kost uiteindelijk ettelijke tonnen meer. Gelukkig werd in 2018 de aanvraag in het kader van de Kanjerregeling gehonoreerd. René: ‘Wij kregen 2,1 miljoen subsidie op een begroting van 3,7 miljoen. De Kanjerregeling is een subsidieregeling van het Ministerie van OC&W voor de restauratie van grote rijksmonumenten. Een deel van deze gelden wordt beheerd door het Nationaal Restauratiefonds.
Vakantie vieren in de luxueuze sfeer van rond 1925
Vakantiewoningen
Het plan van de gemeente voor het hoofdhuis werd omgegooid. René hierover: ‘De gemeente wilde hier horeca in vestigen, maar daarvoor heb je veel leidingen nodig en allerlei voorzieningen, zoals wasemkappen en luchtkanalen. Wij vonden dat te veel ten koste van het monument gaan en besloten in het hoofdhuis twee vakantiewoningen in te richten. Mensen kunnen straks vakantie vieren in de luxueuze sfeer van rond 1925. Maar wel met het comfort van deze tijd. De brasserie komt nu in een van de bedrijfsgebouwen.’
Het geheel moet functioneren, niet renderen
Limburgse vlaai
Chef-kok Richard Wentink is nauw betrokken geweest bij de plannen voor dit deel van de hoeve, omdat het geheel zo praktisch mogelijk moet aansluiten op de werkwijze in de horeca.’ Bezoekers kunnen vanaf oktober van dit jaar genieten van, hoe kan het anders, heerlijke Limburgse vlaai, maar ook van een lunch of diner bereid met streekproducten. De uitbater van de brasserie zal ook de gastheer zijn van de vakantiewoningen in het hoofdhuis en die in de overige schuren. René vertelt: ‘Straks moet het geheel functioneren, ik zeg niet: renderen. Wij verwachten dat de opbrengst van de horeca en de vakantiewoningen voldoende is om het onderhoud van het complex te kunnen financieren.’
Een staalkaart terug in de tijd
Interieur- en kleurenadvies
Voor allerlei specialistisch werk schakelt Stichting Limburg Landschap deskundigen in. ‘De specialist historische interieurs van de Monumentenwacht, Alwin van Hees, helpt ons met het kleur- en interieuronderzoek in het hoofdhuis.’ Alwin was als extern adviseur betrokken bij het opstellen van de uitvoeringsrichtlijn (URL) Kleurhistorischonderzoek. Hij weet er dus veel van en is enthousiast over Nieuw Ehrenstein. Alwin vertelt: ‘Lagen behang, maar ook hout- en marmerdecoraties onder een laag structuurverf op de lambrisering gaven ons inzicht in hoe het er uit gezien moet hebben. Ook vonden we kleurresten op de plafondlijsten en stucornamenten. Al die sporen leveren ons een staalkaart terug in de tijd op.’
Intermediair
De interieurwachter trad op als intermediair tussen kleuronderzoeker Rosan Scheres en Stichting Limburgs Landschap. ‘De kleuronderzoeker probeert datgene wat gevonden is, te koppelen aan de bouwgeschiedenis van het pand. Ik moet de onderzoeksresultaten begrijpelijk maken voor de opdrachtgever en als het ware interpreteren, zodat er een vertaalslag gemaakt kan worden naar de uiteindelijke restauratie. Hierbij geef ik advies aan de opdrachtgever. Inmiddels ligt het rapport bij de Rijksdienst. We zouden nog verder kunnen gaan met tijdrovende en kostbare onderzoeken, maar wij vinden dat we al veel onderzoek hebben verricht en het toepassen van richtlijnen moet ook praktisch blijven.’ René Gerats sluit af: ‘Wij restaureren ‘tijdloos’, dat wil zeggen: aan de ene kant 100 jaar terug in de tijd, aan de andere kant met het doel om weer 100 jaar vooruit te kunnen.’