Uit 1826 daterende pastorie; in schoon metselwerk opgetrokken pand met verdieping onder met pannen gedekt zadeldak tussen tuitgevels met vlechtingen (tegen de Z.O.gevel een uit 1931 daterende, vlakgedekte aanbouw met verdieping en met uitgebouwde erker); in de Z.W.- en N.O.-gevel rechtgesloten vensters en twee halfronde zolderlichten in de geveltoppen; in de N.W.-gevel een vijftal rechtgesloten T-vensters met hardstenen vensterbank en in het midden een neo-renaissance deur met bovenlicht, hardstenen omlijsting en stoep van drie treden. Aan de N.W.zijde een binnenplaats, die aan de Z.W.- en N.O.-zijde door muren omsloten wordt en aan de N.W.zijde door twee bijgebouwen met verdieping onder met Holl.pannen gedekt zadeldak met wolfeind, waartussen een vlakgedekt tussenlid met lage verdieping; in de Z.W.-muur een getoogde poort met smeedijzeren deur en aan de straatzijde erboven een nis met St.Jozefbeeld, waarnaast een jaartalsteen uit 1826; in de gevels van de bijgebouwen aan de zijde van de binnenplaats in totaal 4 rechtgesloten en 1 getoogde deur(en), (getoogde) 6-ruits vensters en getoogde zolderlichten; tegen de N.O.muur een gemetselde kas; de gevels aan de binnenplaats zijn m.u.v. die van het hoofdgebouw witgeverfd met zwarte plint. Goed en vrij gaaf voorbeeld van een vroeg 19e eeuwse, in voor de regio kenmerkende architectuur opgetrokken dorpspastorie.