Ned. Herv. Kerk, bestaande uit een Romaanse tufstenen toren en een pseudo-basilikaal schip en driezijdig gesloten lang koor, beide laat-gotisch. De door de schipzijbeuken ingebouwde tufstenen toren, met hoeklisenen en rondboogfriezen en een door kantelen omgeven spits, dateert vermoedelijk uit de tweede helft van de 12e eeuw en is het restant van een romaans kerkgebouw dat veel lager was dan het huidige. Van de oorspronkelijke toreningang is nu nog slechts de rondboog zichtbaar; deze ingang werd waarschijnlijk reeds in het begin van de 13e eeuw dichtgezet in verband met een door de stijgende grondwaterstand noodzakelijk geworden ophoging van het omliggende terrein. de bovenste torengeleding heeft gekoppelde galmgaten; soortgelijke, thans dichtgezette openingen in de geleding daaronder waren vermoedelijk eertijds vensters. Schip en koor verrezen in het begin van de 15e eeuw; het schip werd geheel met van de oude kerk afkomstige tufsteen bekleed, het koor gedeeltelijk. Venstertraceringen gemaakt tijdens de restauratie van 1921-'28. Slechts het venster in de oostwand van de noorderzijbeuk heeft zijn oorspronkelijke laat-gotische tracering behouden. in de hoek tussen zuiderzijbeuk en koor staat de vm. sacristie, uit de 16e eeuw. Muurschilderingen. Fraaie inventaris, 17e eeuw. Orgel met Hoofdwerk en Bovenwerk, in 1835 gemaakt door H. Knipscheer in een (gewijzigde) kas van J. Duyschot. Kerk van belang vanwege de kenmerkende romaanse oorsprong en de karakteristieke situering achter de rivierdijk aan de rand de middeleeuwse nederzetting. Klokkenstoel met gelui bestaande uit twee klokken van H. de Borch, 1525, diam. resp. 108,3 cm en 93,5 cm. Mechanisch torenuurwerk, 1653, later voorzien van elektrische opwinding, is buiten gebruik gesteld.