HOOFDGEBOUW. Met de voor- en achtergevel loodrecht op de as Kleasterwei en Keningswei gelegen bakstenen gepleisterd hoofdgebouw, licht okergeel geschilderd, op rechthoekige grondslag, dat met de twee bouwhuizen aan weerszijden een architectonisch en iconologisch ensemble vormt. Het twee verdiepingen hoge en onderkelderde hoofdgebouw heeft een omlopend met blauwe Friese golfpannen gedekt schilddak, dat op elk der vier nokpunten van een bakstenen vierkante schoorsteen is voorzien. Het schilddak werd in 1934 aangebracht naar het type schilddak van voor de verbouwing uit 1872, toen op het hoofdgebouw en de bouwhuizen een lager schilddak werd aangebracht. Bij deze verbouwing in 1872, die naar plannen van architect J.I. Douma en onder toezicht van de architect Hendrik Kramer geschiedde, werd de in het midden gelegen ingangspartij tot het niveau van de bel-etage verhoogd en voorzien van een hardstenen bordes van vijf treden. De wapenleeuwen met wapens van Van Harinxma voor aan de zijkanten van dit bordes werden in 1938 door de toenmalige eigenaar B.Ph. baron van Harinxma thoe Slooten geplaatst, die ook het wapenrelief van Van Harinxma centraal boven de ingangspartij binnen het fronton liet aanbrengen. De indeling van de door pilasters in kolossaal-orde in zeven traveeën gelede voorgevel met een iets bredere middentravee waarin ingangspartij, dateert vermoedelijk uit het laatste decennium van de 18e eeuw, toen het van oorsprong uit circa 1650 daterende huis, dat in de eerste kwart van de 18e eeuw een aanzienlijke verbouwing had ondergaan, ingrijpend werd verbouwd. In 1872 bleef deze gevelindeling bestaan, maar werd het gebouw omgaand van een pleisterlaag voorzien en werd ook de pleisterdecoratie alsmede de gootlijst aangebracht. Ook werd het bestaande fronton door een fronton van aanzienlijk geringere afmetingen vervangen en werden op het eerste-verdieping-niveau de huidige vensters met licht getoogde bovendorpels aangebracht; de ramen met 16-ruitsindeling werden in 1959 geplaatst, evenals de schuiframen met 24-ruitsindeling op de bel-etage, om zo de 18e-eeuwse allure van het huis aan deze zijde te vergroten. De huidige vensters met 8-ruitsindeling op souterrain-niveau zijn als zodanig al op foto's uit 1872 waarneembaar en dateren wellicht nog uit de 18e eeuw. In 1872 werd tegen de middenrisaliet een eenvoudig gietijzeren balkon aangebracht met gietijzeren balustrade. De vensters in de achter(oost-)gevel staan in vier groepen van twee, gescheiden door een brede dam, waarboven thans de dakkapellen staan. Voor 1872 stonden deze boven de middelste vensterparen en hadden een 25-ruitsindeling en eenvoudige wangstukken. Krap tegen de zijden van de middelste vensterparen is de 'koepelkamer' met verdieping uitgebouwd gedekt door een laag zadeldak tegen een tympaan, dat versierd is met een smalle lijst waarboven een ornament geschilderd is. Voor de drie vensters op de verdieping is een breed balkon aangebracht met karakteristiek gietijzeren hekwerk en op de hoeken twee gietijzeren vazen, die waarschijnlijk uit het eind van de 19e eeuw dateren. Het balkon steunt op vier voluutvormige consoles. Onder het balkon een bordes. Ter weerszijden van het bordes twee 19e-eeuwse bronzen sculptures, voorstellende jachthonden, op een hardstenen rechthoekige sokkel. Aan de zuidelijke gevel zijn nog 17e-eeuwse bouwsporen zichtbaar: een lager smaller muurgedeelte waarin twee hoge smalle vensters waren gesitueerd met kantblokken en geblokte rondbogige ontlastingsbogen. Evenals de zuidelijke gevel kenmerkt de noordelijke gevel zich door een onregelmatige vensterindeling. Interieur: rechthoekige hal op bel-etage-niveau aan westzijde van het huis, met in het verlengde ervan aan de oostgevel de zogenaamde tuin- of koepelkamer uit ca. 1840. De wanden van deze kamer hebben een marmer imitatie van stucco lustro met grote rechthoekige panelen ter hoogte van de vensters. In de hoeken van deze panelen zijn palmetdecoraties aangebracht en in het midden grote rozetten. Het plafond, dat door middel van een koof op een kroonlijst rust, heeft een lijst met kleine rozetten en in het midden kandelabervormige ornamenten. In het midden is een grote rozet met waaiervormige uitstulpingen, omlijst met bloemmotieven gestuct. De schoorsteen is omgeven door een wit marmeren mantel.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
408908
Complexnaam
Fogelsangh State
Provincie
Plaats
Complexomschrijving

BUITENPLAATS FOGELSANGH STATE. Historische buitenplaats, die de kern vormt van het gelijknamige landgoed, grenzend aan de oostrand van Veenklooster. De buitenplaats is in de 17e eeuw ontstaan, toen na de Reformatie de bezittingen van het Klooster Olijfberg werden verdeeld. De naam van de state is ontleend aan Dirck van Fogelsangh, die in 1639 als eerste wereldlijke bezitter een aantal landerijen van deze voormalige kloostergoederen verwierf. Gedeelten van het huis en van de historische aanleg van de buitenplaats dateren nog uit de 17e eeuw; aan de zuidgevel van het huis zijn nog 17e-eeuwse bouwsporen zichtbaar en op een kaart van het landgoed uit 1668 is het rechte verloop van de noordelijke en westelijke grachtarm te zien. De aanleg van het rechthoekige grachtenstelsel, dat huis en bijgebouwen omringd, is in de 17e en 18e eeuw tot stand gekomen, evenals de centrale as (Kleasterwei - Keningswei), waarop het huis is gelegen en die de door de gracht omgeven plaats in twee gelijke delen verdeelt. De lindensingel, die de omgrachte plaats even ten oosten van de achtergevel van het huis in haar lengte doorsnijdt en die ter hoogte van het gazon achter het huis in de 19e eeuw waarschijnlijk is gekapt, voorziet het huis aan de achterzijde van een toegang; evenals een gedeelte van de omgrachting van de plaats is deze lindensingel waarschijnlijk een restant van de 17e-eeuwse aanleg. In het laatste decennium van de 18e eeuw werd het 17e-eeuwse huis verbouwd en ontstond het classicistische ensemble van een lang rechthoekig classicistisch huis met twee symmetrisch ten opzichte van het huis gesitueerde bouwhuizen; bij de verbouwing in deze tijd bleven aan het uitwendige van het huis enkele bouwsporen uit de 17e eeuw bewaard. De centrale as van de formele historische tuin- en parkaanleg wordt aan de westzijde door de met eiken in enkel-verband beplante en aan weerszijden van greppels voorziene Kleasterwei gevormd, die omgaat langs de westarm van de gracht. Op het eindpunt van deze grachtarm gaat de Kleasterwei in oostelijke richting om in de met eiken in enkel-verband beplante en aan weerszijden door greppels omzoomde Keningswei, die het verloop van de gracht aan de buitenzijde langs de noordzijde volgt. Even ten oosten van de omgrachte plaats buigt de Keningswei tot het niveau van de as naar het zuiden af en eindigt als centrale as op het kruispunt Lauwersmeerweg-Keningswei. Naast hun functie als zichtas, toegangslaan en windsingel zijn de Kleasterwei en Keningswei van belang als markering van de grens van de historische aanleg van de buitenplaats aan deze zijden. Ook aan de oost- en zuidzijde is de buitengracht van een windsingel met eiken in enkel-verband voorzien, die waarschijnlijk in de 18e eeuw tot stand is gekomen. De oostelijke windsingel wordt vanouds als toegangslaan gebruikt voor zowel de 19e-eeuwse boerderij 'De Boskplaets', de ten zuiden hiervan gelegen 19e-eeuwse voormalige tuinmanswoning, de 19e-eeuwse houten schuur die in een weiland met onregelmatige in landschapsstijl aangelegde omgrenzing is gelegen als voor de rechthoekig omgrachte voormalige boomgaard en moestuin, die haaks op de omgrachte plaats is gelegen. Waarschijnlijk dateert ook het overige deel van het omgrenzingsplan van de historische aanleg uit de 18e eeuw. Aan de oost- en zuidzijde wordt deze grens bepaald door een laan van eiken in enkel-verband, die aan weerszijden van greppels is voorzien en die langs de zuidrand van het kadastrale perceel Westergeest nr. D 9161 aansluit op de Keningswei. Deze laan buigt naar het zuidwesten af en reikt in deze richting tot aan het kadastrale perceel Westergeest nr. D 1914, op welk punt het verloop van deze laan in noordelijke richting gaat en ter hoogte van het kadastrale perceel Westergeest nr. D 1943 haaks naar het noorden wijkt en tot het kadastrale perceel Westergeest nr. D 1949 reikt. Vanaf dit punt wordt de westgrens van de historische aanleg door een boszoom gemarkeerd en reikt via het erf van de boswachterswoning (kadastraal perceel Westergeest nr. D 1903) tot aan de Kleasterwei. Tot de historische aanleg behoort eveneens de laan met eiken in enkel-verband, die in een schuine hoek op de zuidgrens van de buitenplaats staat en die toegang verschaft tot de ten zuiden van de historische aanleg gelegen agrarische percelen. Het omgrenzingsplan omsluit aldus een patroon van rechte lanen met hakhoutbossen aan de oostzijde en een grootscheepse parkaanleg in landschapsstijl ten westen hiervan, die in de jaren '40 van de 19e eeuw door Lucas Pieters Roodbaard werd ontworpen en waarvan de uitvoering onder leiding stond van Lambartus Vlaskamp. Het grootschalige geaccidenteerde wandelpark kenmerkt zich door een grillig patroon van wandelpaden met waterlopen en vijverpartijen in landschapsstijl, door bospartijen en in open ruimten geplante solitairen van beuk, eik, kastanje en naaldhout. De aanleg wordt voorts door diverse tuingebouwtjes opgesierd, zoals een houten hertenhuisje gelegen in een omheinde wildbaan, een rustieke hermitage, een theehuis, maar ook door de aanwezigheid van een ijskelder. Het theehuis is gebouwd op de zogenaamde Modderberg, een 30 meter hoge berg, die uit de 18e eeuw dateert en toen deel uitmaakte van de formele tuinaanleg. De ijskelder dateert uit de tweede helft van de 19e eeuw, evenals het hertenhuisje, dat tegelijkertijd met de met een smeedijzeren hek omrasterde Hertenkamp werd gerealiseerd.

Het historische landschapspark strekte zich vroeger verder in oostelijke richting uit dan tegenwoordig. De in het oosten van de historische aanleg gelegen vijver in landschapsstijl met eilandje was oorspronkelijk door wandelpaden met de aanleg verbonden; deze paden zijn in de aanleg thans nauwelijks meer te onderscheiden. De aanleg van het voorplein, die bestaat uit een ovaalvormige begrinte oprit, dateert uit 1872, toen er verbouwingen aan het huis en bijgebouwen werden uitgevoerd. In deze tijd werd de oude classicistische voorgevel van het huis door een nieuwe vervangen en werden de bouwhuizen van een lagere kap voorzien.

De historische buitenplaats Fogelsangh State is in architectuur- en cultuurhistorisch opzicht van algemeen belang vanwege: het hoofdgebouw, dat een belangrijk voorbeeld is van een centraal in de historische buitenplaats gelegen voormalig Fries riddermatig huis, dat van oorsprong uit de 17e eeuw dateert en waarvan de realisatie van de regelmatige classicistische opbouw in architectonische samenhang met de twee bouwhuizen van het laatste decennium van de 18e eeuw tot in deze eeuw haar beslag kreeg;

-de historische tuin- en parkaanleg, waarvan nog structurele gedeelten uit de 17e eeuw dateren en waarvan het omgrenzingsplan in de 18e eeuw tot stand kwam; de aanleg wordt grotendeels door rechte lanen gemarkeerd, waarbinnen zich een grootscheepse aanleg in landschapsstijl bevindt, die door Lucas Pieters Roodbaard omstreeks 1840 is ontworpen;

-de diverse 19e-eeuwse tuingebouwtjes, die het landschapspark als ornament een belangrijke stemmingswaarde verlenen.

Dit complex omvat de volgende onderdelen:1. HOOFDGEBOUW, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408908;2. HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408909;3. NOORDELIJK BOUWHUIS, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408910;4. ZUIDELIJK BOUWHUIS, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408911;5. TOEGANGSBRUG, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408912;6. TWEE HARDSTENEN VAZEN OP SOKKELS, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408913;7. EENDENKOOI, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408914;8. VOLIERE, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408915;9. IJSKELDER, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408916;10. HERMITAGE, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408917;11. THEEHUIS, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408918;12. HERTENHUISJE, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408919;13. HEKWERK ROND HERTENKAMP, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408920;14. BRUG OVER GRACHT, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408921;15. DRIE-ARMIGE BRUG OVER GRACHT, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408922; 16.

KETTINGBRUG OVER GRACHT, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408923;17. BOSWACHTERSWONING BIJ TOEGANGSBRUG, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408924;18. KLEINE BOERDERIJ MET SCHUUR, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408925;19. TUINMANSWONING, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408926;20. HOUTEN SCHUUR, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408927;21. JACHTHUIS, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 408928. t het hu

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Kastelen, landhuizen en parken Kasteel, buitenplaats oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Kleasterwei 3 9297 WR Veenklooster Ja
Kleasterwei 3 A 9297 WR Veenklooster
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
D 3442 Westergeest
Naar boven