Engweg 34, Driebergen-Rijsenburg
Onderdeel 2:
Omschrijving
Een op enige afstand van de openbare weg gelegen LANDHUIS uit 1890 van de buitenplaats Dennenburg dat in het park gesitueerd is op het middelste compartiment van de noordelijke kavel. Het landhuis bestaat uit twee bouwlagen en een souterrain op rechthoekige plattegrond onder een met leien gedekt afgeplat schilddak. Op de dakschilden zijn een aantal dakkapellen met halfronde frontons en klauwstukken gezet. De gevels zijn opgetrokken in baksteen en overwegend voorzien van T-vensters met persiennes. De voorgevel aan de noordwestzijde heeft een symmetrische indeling van vijf vensterassen met een middenrisaliet over twee bouwlagen voorzien van een stolpdeur waarboven een rondboogvormig bovenlicht is gezet. Voor het risaliet bevindt zich een hardstenen trap die naar de ingang leidt. De ingang wordt benadrukt door een natuurstenen omlijsting van de eerste bouwlaag in een neo-Lodewijk-XIV-stijl met gecanneleerde Korintische pilasters die een uitkragende kroonlijst dragen waarboven een balkon met siersmeedijzeren hekwerk. De dubbele balkondeur is door rijk geornamenteerde klauwstukken omlijst en wordt bekroond door een getoogde fronton met schelpversiering. Het risaliet wordt door een kroonlijst en een balustrade afgesloten.
Rechts van het risaliet bevindt zich een houten serre, geplaatst op het oorspronkelijke terras met balustrade, met afgeschuinde hoeken, een dubbele tuindeur en daarvoor een hardstenen trap.
De eerste bouwlaag van de achtergevel is door een moderne serre geheel aan het oog onttrokken. Deze serre valt buiten de bescherming.
Tegen de rechterzijgevel zijn door Posthumus Meyjes in 1905 een aantal aanbouwen met platte daken van verschillende hoogten gezet. Tegen de linker zijgevel bevindt zich een vijfzijdige erker, waarboven een balkon met smeedijzeren hekwerk. De interne hoofdstructuur verkeert vrijwel in originele staat. De opzet bestaat uit een op de middenas gelegen vestibule, waarachter de centrale hal is gelegen. Hierlangs zijn aan beide zijden de diverse vertrekken gesitueerd. De vertrekken hebben eenvoudige stucplafonds. In het vertrek aan de zuidoostzijde is een rijk gedecoreerde schouw in eclectische stijl.
Waardering
Het landhuis Dennenburg is van architectuurhistorische waarde als voorbeeld van een gaaf bouwtype alsmede van ensemblewaarde in relatie met het omringende park.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Inleiding
De geschiedenis van de buitenplaats Dennenburg gaat terug tot het jaar 1642 toen Pieter Uit den Boogaard enkele kavels grond van de Staten van Utrecht kocht, er een boerderij liet bouwen die omgracht werd en de naam Dennenburg kreeg. Op een nabij gelegen kavel bouwde hij in 1660 een eveneens omgrachte boerderij die de naam De Hoeve kreeg. De aanleg volgde de percelering van de twaalfde eeuwse opstrekkende ontginning vanaf de Langbroekerwetering als ontginningsbasis. Langs de zuidgrens van laatst genoemde kavel liep een schaapsdrift. De drift werd aan beide zijde met bomen beplant en fungeerde als oprijlaan die tot aan de huidige Hoofdstraat liep. In 1699 werd De Hoeve formeel bij Dennenburg gevoegd, waarna deze in 1728 werd afgebroken en vervangen door een landhuis.
Omschrijving
De hoofdstructuur van de BUITENPLAATS DENNENBURG bestaat uit drie compartimenten en stamt uit de tweede helft van de zeventiende eeuw, waarbij het middelste deel als boerenerf fungeerde. De boerderij werd in 1728 afgebroken en er verrees nagenoeg op dezelfde plek een landhuis, waaromheen een inmiddels verdwenen formele tuin werd aangelegd. De overige compartimenten werden ongemoeid gelaten en behielden hun weidefunctie. Opdrachtgever tot de bouw van het landhuis was Joseph Elias van der Meulen, heer van Maarssenbroek. Naast het landhuis werd een nieuwe boerderij gebouwd, waarbij de oude kruisvensters van de boerderij De Hoeve werden hergebruikt. In 1774 werd een deel van het naast gelegen landgoed Broekbergen aangekocht waarmee het totale bezit 130 hectare groot was geworden. De oprijlaan doorsneed nu het totale bezit. In 1745 werd in het zuidelijk deel een sterrenbos aangelegd, terwijl vóór het huis een formele, Frans-classicistische tuin werd aangelegd.
Na de Franse overheersing werd het landgoed in 1815 vernieuwd en kreeg voor een deel een aankleding in een landschappelijke stijl naar ontwerp van tuinarchitect Christiaan George Breitensteyn uit Zeist, leerling van J.D. Zocher sr. Vanaf het landhuis werd een rondwandeling langs de grenzen van het park ontworpen met op diversen plaatsen rust- en uitzichtpunten. In het zuidoostelijk deel werd een slingervijver gegraven, terwijl een aantal bestaande kavelsloten werden aangepast en in het ontwerp werd geïntegreerd. Breitensteyn liet de oprijlaan -die het bezit in twee gelijke helften verdeelde- ongemoeid, waardoor het landschapspark een meer besloten karakter heeft gekregen. Ook het sterrenbos bleef intact.
In de tweede helft van de negentiende eeuw werden grote delen van het bezit verkaveld en verkocht totdat het uiteindelijk tot 18 hectare was gereduceerd. In 1890 werd het oude landhuis afgebroken en vervangen door een nieuw huis. Ook werden een koetshuis, oranjerie en een aantal dienstwoningen op het terrein gebouwd.
In 1905 werd het nieuwe landhuis naar ontwerp van architect C.B. Posthumus Meyjes uitgebreid met een woonkeuken en werden tegen de voor- en achtergevel gietijzeren serres gezet. In deze periode werden ook enkele, niet nader bekende wijzigingen in het park doorgevoerd.
Na de Tweede Wereldoorlog ging de buitenplaats mede als gevolg van achterstallig onderhoud achteruit. De bomen, met name de beuken, hebben vooral door de verlaging van het grondwaterpeil te lijden gehad, waardoor het sterrenbos nauwelijks meer als zodanig te herkennen is. Ook de slingervijver en de kavelsloten in het noordelijk deel van het park zijn vrijwel geheel drooggevallen. De buitenplaats Dennenburg omvat de onderstaande complexonderdelen:
1. park met achttiende eeuwse formele aanleg en negentiende eeuwse landschappelijke parkaanleg
2. landhuis
3. twee paar hekpijlers
4. boerderij
5. koetshuis, paardenstal en koetsierswoning met aangebouwde wasplaats
6. oranjerie met kas
7. tuinschuur
8. moestuinmuur met muurkas
Op de bij de bescherming behorende kaart staan de complexonderdelen aangegeven.
Waardering
De buitenplaats Dennenburg is van cultuurhistorische waarde vanwege de rijke ontwikkelingsgeschiedenis, alsmede van architectuurhistorische waarde als voorbeeld van een historisch gegroeid parkaanleg met elementen uit de formele en landschappelijke tuinstijl. Ook van ensemblewaarde als onderdeel van de Stichtse Lustwarande en van belang in relatie met het omringende gebied, waarbij met name de zichtas tussen de Engweg en Hogesteeg een historisch verbindend element vormt.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Landhuis | Kastelen, landhuizen en parken | Kasteel, buitenplaats | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Engweg | 34 | – | 3972 JH | Driebergen-Rijsenburg | – | – | Ja |
Hoofdcategorie | Subcategorie | Beschrijving | Notitie |
---|---|---|---|
Woningen en woningbouwcomplexen | Woonhuis(K) | – | Herenhuis |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | C | 931 | – | Driebergen-Rijsenburg |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1890 | 1890 | – | vervaardiging |
1905 | 1905 | – | verbouwing |
1946 | 1946 | – | verbouwing |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
Manger Cats, Jantje ; Utrecht | aannemer / uitvoerder | – |