Inleiding

MIDDENSTANDSWONING met aangebouwde SCHUUR in 1930 gebouwd in opdracht van H. Boersema, ambtenaar secretarie, naar een ontwerp van architect A. Wiersema uit Bedum. Het pand is opgetrokken in een regionale variant op de Amsterdamse School. In de jaren 1990-1991 is het interieur gedeeltelijk verbouwd. De middenstandswoning is gelegen op een splitsing van twee wegen in het uitbreidingsplan Nieuw-Bedum dat in het MIP is aangeduid als gebied met bijzondere waarden.

Omschrijving

Eén bouwlaag hoog, deels onderkelderde MIDDENSTANDSWONING op samengestelde plattegrond. Het pand is opgemetseld van gesinterde donkerrode steen en wordt gedekt door een samengesteld schilddak met overstek van geglazuurde oranje opnieuw verbeterde Hollandse pannen. De goot is rechthoekig. De vensters zijn verticaal of vierkant, hebben houten kozijnen met geometrische verdeling en worden beëindigd door een rollaag; de vierkante vensters hebben drieruits zijlicht; in de bovenlichten gekleurd glas-in-lood met geometrische motieven. Twee gemetselde schoorstenen, één op de nok en één op de hoek van de zuid- en westgevel; in het oostelijk, zuidelijk en westelijk dakschild een rechthoekige dakkapel; op de nok van de erker een geometrisch gestileerde piron.

De entree bevindt zich in de oostgevel; de houten voordeur gedecoreerd in de stijl van de Amsterdamse School heeft twee langwerpige vensters; een lage bakstenen stoep; een smal verticaal zijlicht met gekleurd glas-in-lood. Onder het zijlicht een klein horizontaal keldervenster. Rechts van de entree een vierkant venster. Boven de entree een dakkapel. Links van de entree een vijfzijdige erker gedekt door een vijfzijdig schilddak; aan de voorzijde een horizontaal venster en in beide zijgevels een verticaal venster.

De zuidgevel heeft een vierkant venster en een rechthoekige erker beëindigd door een plat dak van beton. Boven de erker een dakkapel. De zuidgevel is in het westelijke deel getrapt doorgetrokken ten behoeve van de schoorsteen op de hoek met de westgevel.

In de westgevel twee vierkante vensters en een verticaal venster; boven het middelste venster een dakkapel. In de noordgevel een verticaal venster.

De SCHUUR is aangebouwd aan de noordgevel; de gevels zijn opgemetseld van gesinterde donkerrode steen; de schuur wordt gedekt door een schilddak met overstek van geglazuurde oranje verbeterde Hollandse pannen, dat op het dak van het woonhuis aankapt. In de voorgevel, oostgevel, een dubbele houten schuurdeur met vensters gedecoreerd in de stijl van de Amsterdamse School. In de noordgevel drie hoog geplaatste horizontale vensters met horizontale roeden. In de westgevel een opgeklampte deur met ernaast een zelfde venster als in de noordgevel.

Het INTERIEUR is, wat de indeling betreft, gedeeltelijk gewijzigd. De hal heeft een originele tweedelige trap met balustrade en originele deuren, vormgegeven in de stijl van de Amsterdamse School.

Waardering

Middenstandswoning met aangebouwde schuur van algemeen cultuur- en architectuurhistorisch belang:

- als voorbeeld van een middenstandswoning uit de jaren dertig in de provincie Groningen

- vanwege de vormgeving en het materiaalgebruik

- vanwege de hoge mate van gaafheid van het exterieur en een deel van het interieur

- vanwege de beeldbepalende ligging in het gebied met bijzondere waarde Nieuw-Bedum