Vogelenzangseweg 33, Vogelenzang
Omschrijving
In 1874 gebouwd KOETSHUIS op de historische buitenplaats Leyduin, gebouwd in ambachtelijk traditionele bouwtrant.
Het op een rechthoekig grondplan gebouwde koetshuis is één bouwlaag hoog onder zadeldak met noklijn in noord-zuid richting. Het dak is bekleed met grijze kruispannen. Het pand grenst aan de zuidzijde deels aan een blok van twee 18de-eeuwse dienstwoningen van één bouwlaag hoogte.
Het pand is opgetrokken in rode baksteen en wordt omlopend boven langs de gevels afgesloten door een natuurstenen daklijst. In de voorgevel (O) is deze daklijst versierd met metopen en trigliefen. Boven deze natuurstenen daklijst bevindt zich een smalle wit geverfde houten kroonlijst, die langs de lange gevelzijden de goten draagt. De gevels van het pand zijn rondom versierd met gietijzeren muurankers. De hoeken van het pand zijn, evenals de hoeken van de middenrisaliet in de voorgevel, versierd met natuurstenen blokken welke deels zijn gecementeerd.
De middenrisaliet van de voorgevel is door de houten kroonlijst heen doorgetrokken en wordt afgesloten door een met zink bedekt ingestoken zadeldak. De zo ontstane topgevel is bekleed met donkergroen geverfd verticaal beschot. De windveren langs de dakrand van de topgevel zijn ook van verticaal beschot. De topgevel wordt bekroond door een donkergroen geverfde houten makelaar met een rijk versierde houten topgevelvulling. In de topgevel bevinden zich ter weerszijden van een door een middenstijl in tweeën gedeeld houten schuifvenster, twee paardenhoofden. Deze in natuurlijke kleuren geverfde paardenhoofden zijn van zink en hol. Op de begane grond bevindt zich in deze middenrisaliet een stel openslaande donkergroen geverfde houten koetsdeuren met vensters met kruislingse houten roedenverdeling. De koetsdeuren worden omlijst door een wit geverfde houten omranding met licht gebogen kroonlijst. Links en rechts van de middenrisaliet bevindt zich in de voorgevel een stel donkergroen geverfde houten garagedeuren met wit geverfde houten omranding. Boven deze garagedeuren zijn dubbele houten vensters met kruislingse houten roedenverdeling aangebracht. Deze twee aan twee gekoppelde vensters worden boven langs afgesloten door een licht gebogen natuurstenen latei.
De noordelijke zijgevel bezit op de begane grond een drietal raamopeningen met natuurstenen vensterbanken en licht gebogen natuurstenen lateien. De twee westelijke raamopeningen zijn blind. In de oostelijke raamopening is een dubbel houten venster met kruislingse houten roedenverdeling aangebracht. In de top van de noordelijke zijgevel bevindt zich een verticaal in tweeën gedeelde houten zolderdeur met vensters met kruislingse houten roedenverdeling. Links van deze deur bevindt zich een klein vierruits houten venster. Zowel de deur als het venster worden omlijst door natuurstenen vensterbanken en licht gebogen natuurstenen lateien.
De achtergevel (W) bezit een drietal ramen met daartussen twee deuren. De ramen zijn identiek aan elkaar en bestaan uit dubbele houten vensters met kruislingse houten roedenverdeling en worden omlijst door licht gebogen natuurstenen lateien en natuurstenen vensterbanken. De deuren zijn donkergroen geverfde houten paneeldeuren met een bovenlicht met kruislingse houten roedenverdeling. Ook de deuren worden omlijst door een licht gebogen natuurstenen latei.
De zuidelijke zijgevel is op de begane grond blind en heeft in de top een verticaal in tweeën gedeelde houten zolderdeur met vensters met kruislingse houten roedenverdeling. De zolderdeur wordt omlijst door een licht gebogen natuurstenen latei en een natuurstenen vensterbank.
Waardering
Het KOETSHUIS is van algemeen belang vanwege cultuurhistorisch en architectuurhistorisch waarden, zijnde een qua architectuur gaaf bewaard 19de-eeuws koetshuis dat naast een ensemble-waarde met betrekking tot het complex een direct functionele relatie heeft met betrekking tot het hoofdgebouw.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Omschrijving van het complex
Complex HISTORISCHE BUITENPLAATS LEYDUIN bestaande uit: HOOFDHUIS (1), HISTORISCHE PARK- EN TUINAANLEG (2), BELVEDERE (3), IJSKELDER (4), TUINMUUR MET TWEE SCHUREN (5), INRIJHEK (6), VIJF GRENSPALEN (7A - 7C), WATERWERKEN (8), ZOMERHUIS (9), DIENSTWONING (10), KOETSHUIS (11) en STAL (12).
De oudste vermelding van Leyduin dateert uit 1596. Het stond toen bekend als hofstede. Van de eerste eeuwen van het bestaan van de hofstede, later "herehuisinge" genaamd, zijn wel de opeenvolgende eigenaren bekend, maar afbeeldingen of kaarten zijn er nauwelijks. Wel is duidelijk dat het bezit door vergroting van het grondbezit en vernieuwing, uitbreiding en verfraaiing van de gebouwen uitgroeide van een hofstede tot een buitenplaats zoals bij de omschrijving van de verkoop in 1798 blijkt. Er is dan o.a. sprake van een "herehuizinge, koetshuis, stalling, tuinmanswoning, wagenhuis, billard, coepels, sallon, menagerie, vinkenhuis, hermitage en beek met cascade" en verder o.a. "boomgaarden, broey- en moestuinen". Even later blijkt er ook een gemetselde kom en een springende fontein te zijn.
Het vinkenhuis stond waarschijnlijk bij de vinkenbaan die de toenmalige eigenaar Jan van Loon in 1752 liet aanleggen. Deze vinkenbaan is op een kaart uit circa 1760 te zien. Restanten ervan zijn thans nog herkenbaar op het (later afgesplitste) Vinkenduin. Behalve herkenbare onderdelen in de aanleg zoals de cascade en enkele lanen resteren ook het gepleisterde dienstgebouw achter het koetshuis uit 1874 en het houten zomerhuis uit 1796. De grenspalen met de naam van Johan van Romswinkel dateren uit 1701.
De nieuwe eigenaar in 1798 was J.S. van Naamen, die enkele jaren na de aankoop een deel van de opstallen liet slopen waaronder ook het hoofdhuis. Vanaf 1808 kwam het bezit door aankoop en vererving eerst gedeeltelijk later weer geheel in bezit van de familie Van Lennep. De verschillende bewoners leven dan naar alle waarschijnlijkheid in de nog bestaande kleine oudere bebouwing. M.n. het houten zomerhuis lijkt hiervoor gebruikt te zijn. In 1855 werd Hendrik Samuel van Lennep de nieuwe eigenaar van het bezit en hij liet vermoedelijk niet lang hierna een nieuw hoofdhuis bouwen vlak naast de cascade. Bij dit huis werd in 1874 een nieuw koetshuis gebouwd tegen een oudere dienstwoning. Van dit hoofdhuis en zijn naaste omgeving zijn enkele afbeeldingen bekend.
De Van Lenneps, m.n. David van Lennep, zouden een belangrijke rol gaan spelen bij de ontwikkeling van de duinwaterwinning waartoe zij ook delen van de buitenplaats beschikbaar stelden. Zo diende de beek, waarin de cascade was aangelegd als transportweg voor het drinkwater dat verzameld werd in de Oranjekom om via de beek terecht te komen bij een pompstation aan de Leischevaart.
In 1920 werd C.J. van Tienhoven de nieuwe eigenaar van Leyduin. Hij liet de oranjerie overplaatsen naar zijn andere bezit Klein Bentveld. Het omvangrijke grondgebied van Leyduin werd gesplitst en in drie delen verkocht: het huidige Leyduin in het midden en Vinkenduin ten zuiden en Koekoeksduin ten noorden daarvan. De nieuwe eigenaar van het verkleinde Leyduin, A. Dorhout Mees, liet het oude huis bij de cascade afbreken en door architect A. de Maaker het huidige huis ontwerpen op een natuurlijke hoogte in het zuidelijke deel van de aanleg. L.A. Springer werd gevraagd een ontwerp voor de aanleg te leveren. Hiervan resteert betrekkelijk weinig. De Maaker en Springer leverden tevens het ontwerp voor resp. het huis en de tuin van het nieuwe Vinkenduin.
Het hoofdhuis van Leyduin doet sinds de Tweede Wereldoorlog niet langer dienst als woonhuis, het functioneerde o.a. als meisjesinternaat. Thans (1998) is het in gebruik als opleidingsinstituut.
Het complex historische buitenplaats Leyduin is gelegen tussen de eerste Leyweg in het noorden en de tweede Leyweg in het zuiden. Aan de westzijde begrenst de Vogelenzangseweg het complex, aan de oostzijde de spoorlijn. Ter plaatse vormt de buitenplaats een deel van een groter geheel van (voormalige) buitenplaatsen te weten Koekoeksduin, Vinkenduin en Woestduin. Op een grotere schaal is de buitenplaats onderdeel van de reeks buitenplaatsen in de binnenduinrand van Zuid Kennemerland.
Op de bij de beschrijving behorende kaart zijn de omgrenzing en de nummers van de onderdelen aangegeven.
Waardering van het complex
Het complex HISTORISCHE BUITENPLAATS LEYDUIN is van algemeen belang vanwege:
- zijn plaats in de reeks landgoederen ter plaatse en in de binnenduinrand van Zuid Kennemerland;
- historische waarden als oudste voorziening t.b.v. de drinkwaterwinning van Amsterdam;
- architectuur- en cultuurhistorische waarden;
- de beeldbepalende ligging van het hoofdhuis;
- de ensemble waarde van de ruimtelijk-functionele relatie van de onderdelen.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Koetshuis(L) | Kastelen, landhuizen en parken | Bijgebouwen kastelen enz. | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Vogelenzangseweg | 33 | – | 2114 BB | Vogelenzang | – | – | Ja |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | H | 508 | – | Bloemendaal |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1874 | 1874 | – | vervaardiging |