Inleiding

VILLA, gebouwd in 1909 naar ontwerp van architect K.P.C. de Bazel in opdracht van mevrouw H.J. van Regteren van Altena. Het pand is opgetrokken in de bouwtrant van de Engelse landhuisstijl en geldt als een van de eerste villa's in deze stijl in het Gooi. De villa is gesitueerd op een markant punt in de bocht van het Rozenlaantje en wordt omgeven door een tuin. De tuinaanleg was in oorsprong ook door De Bazel ontworpen, waarvan thans slechts de oorspronkelijke terrasaanleg resteert. De aan de villa vastgebouwde garage aan de noordwestzijde van de villa en het kleine TOEGANGSHEK aan het Rozenlaantje vallen onder de bescherming.

Omschrijving

Vrijstaand woonhuis, gebouwd op min of meer rechthoekige plattegrond, bestaande uit twee bouwlagen onder een rieten zadeldak met wolfseinden. De noklijn is oost-westgericht, op de nokhoeken staat een vierkante, iets taps toelopende schoorsteen. Het pand is opgetrokken uit rode handvormsteen in halfsteensverband, afgewerkt met een knipvoeg, boven een uitgemetselde plint van hardgrauwe baksteen met afgeronde afzaatstenen. Langs de schuine zijden van de topgevels zijn vlechtingen aangebracht. Tenzij anders vermeld, bevatten de vensterassen houten ramen en deuren met een meerruits-roedenverdeling.

De asymmetrisch ingedeelde voorgevel (N) bevat in het midden de entree onder een horizontale houten luifel, die op de noordoostelijke hoek wordt ondersteund door een geprofileerde houten stijl. De opgeklampte voordeur heeft een kijkvenster met siersmeedwerk en wordt omlijst door een in de bovenhoeken eenvoudig geprofileerde deurarchitraaf. De deur heeft een hardstenen drempel en een vierruits-bovenlicht. Rechts van de entree springt de gevel naar voren ten behoeve van de garderobe. Deze eenlagige uitbouw heeft een dubbel keldervenster en een dubbel bovenlicht onder de gootlijst. De luifel loopt door in de gootlijst van de garderobe. Links van de voordeur is de gevel blind. Rechts van de garderobe bevindt zich een tweelagig geveldeel, waarachter zich de keuken bevindt. Dit geveldeel bevat op de begane grond een kruisvenster is op de eerste verdieping blind en wordt rechts afgesloten door een schildeind op kraagsteen. Geheel rechts bevindt zich de eenlagige garage op rechthoekige plattegrond en afgesloten door een schilddak met noord-zuidgerichte noklijn en gedekt met gesmoorde zwarte pannen. De noordgevel van de garage bevat een loopdeur en een klein hooggeplaatst venster. De noord-, west- en zuidgevel van de garage worden afgesloten door een geprofileerde gootlijst.

De westgevel van de garage bevat een hooggeplaatst dubbel venster.

De zuidgevel van de garage was oorspronkelijk door een horizontaal afgedekte open plaats (die anno 1996 is dichtgezet) verbonden met het woonhuis.

De asymmetrische rechterzijgevel van de villa (W) heeft een breedte van drie vensterassen. Op de begane grond bevinden zich rechts een tuindeur, in het midden een venster met openslaande ramen. Geheel links bevindt zich de aanbouw van de garage. Op de eerste verdieping bevindt zich links een dubbel venster met twee zesruits-ramen, in het midden een staand venster met twee drieruits-draairamen en rechts een drielichtsvenster met drie zesruits-ramen. Daarboven vormt het dakschild van de keukenuitbouw, waarvan de kap haaks staat op het rieten zadeldak, aan de linkerzijde een geheel met het wolfseind van het zadeldak.

De achtergevel (Z) is symmetrisch van opbouw. In het midden van de gevel risaleert op de begane grond een driezijdige erker op trapeziumvormig grondplan, waarvan het bredere middendeel openslaande tuindeuren bevat. De smallere schuine zijden van de erker hebben vensters tot aan de grond. Het rechtergevelvlak van de zuidgevel is blind, het linkerdeel bevat openslaande deuren. Op de verdieping bevindt zich boven de erker een inpandig balkon waartoe openslaande deuren, geflankeerd door vensters, toegang geven. De bakstenen borstwering is van hetzelfde metselwerk als de gevels. Boven het balkon eindigt de gevel in een topgevel met in oorsprong verticaal beschot. De topgevel kraagt een weinig uit en steunt op geproflieerde klossen. Een rieten steekkap dekt het balkon af. Aan weerszijden van de steekkap zijn in het dakschild halfronde dakkapellen aangebracht.

De linkerzijgevel (O) is eveneens symmetrisch van opbouw en bevat twee, over de twee bouwlagen tot aan de rieten kap doorlopende, driezijdige erkers op trapeziumvormig grondplan. Het middendeel van de erkers is breder en heeft openslaande ramen. Ook de smallere schuine zijden van de erkers bevatten vensters. Het dakschild van het wolfseind is boven de erkers opgelicht.

Bij de ingang van het erf aan het Rozenlaantje staan twee kleine bakstenen pijlers met betonnen, afgeronde dekstenen. Aan de noordelijke pijler is een klein houten toegangshek met siersmeedijzeren gehengen bevestigd. Het hekje heeft in het onderste deel geprofileerde latten, in het bovenste deel drie vierkanten met schuingeplaatste spijlen en klaverblad-ornament.

Waardering

De villa met toegangshek is van algemeen belang uit cultuur- en architectuurhistorisch oogpunt als vroeg en gaaf bewaard voorbeeld van villabouw in het Gooi, daterend uit het eerste decenium van de 20ste eeuw, opgetrokken in de bouwtrant van de Engelse landhuisstijl. Daarnaast is het pand van belang als karakteristiek onderdeel uit het oeuvre van architect K.P.C. de Bazel.