Sint Janstraat 1, Laren
Inleiding
Voormalig RAADHUIS, gebouwd in 1888 in neo-renaissancistische bouwtrant naar ontwerp van architect J.C. Jurriëns in opdracht van het gemeentebestuur van Laren. Thans is het pand in gebruik als horecagelegenheid. Het pand is vrijstaand en is beeldbepalend gesitueerd in de kern van Laren, op de hoek van de Eemnesserweg, Brink en de St. Janstraat. Het pand heeft een grote aanbouw aan de oostzijde die doorloopt langs de zuidzijde. Omstreeks 1993 is het pand teruggerestaureerd door A. Mouissie in de oorspronkelijke stijl; daarbij zijn de klauwstukken van de trapgevel aan de voorzijde achterwege gelaten. De naam boven de hoofdentree "De Prinsemarij" is in 1993 aangebracht.
N.B. De aanbouw aan de achterzijde valt niet onder de bescherming.
Omschrijving
Voormalig raadhuis op rechthoekige plattegrond, bestaande uit twee bouwlagen onder een verzonken zadeldak met zwarte Hollandse pannen. In het dakschild aan de voorzijde (W) zijn twee houten dakkapellen aangebracht, elk met een dubbel draaivenster met diagonaal geplaatste roeden en afgesloten door een ingesnoerd tentdak met leien in Maasdekking en voorzien van een nokpiron.
Het pand is opgetrokken in rode baksteen, gemetseld in kruisverband en afgewerkt met een knipvoeg. De lage plint is aangstreken met cement. Tenzij anders vermeld, bevatten de vensterassen een korfboogvormig venster met een of meer rechthoekige houten schuiframen en met een terugliggend boogveld. Ter hoogte van de onder- en bovendorpels van de kozijnen zijn gepleisterde banden aangebracht. Ook de stenen aan weerszijden van het middenkalf van de vensters zijn gepleisterd, alsmede de aanzet- en sluistenen van de korfbogen. Laatstgenoemde zijn tevens voorzien van een diamantkop (aanzetstenen) of maskaron (sluistenen). Zandsteen is toegepast voor de hoeklisenen en enkele oorspronkelijke details, zoals de afdekplaten van de treden van de trapgevels. De trappartij heeft hardstenen treden.
De symmetrisch ingedeelde voorgevel (W) heeft een breedte van drie vensterassen. Op de begane grond zijn hoeklisenen met geboseerde hoekblokken aangebracht, op de eerste verdieping gladde hoekblokken. De nadruk ligt op een middenrisaliet ter breedte van een vensteras, boven de daklijst afgesloten door een trapgevel onder ingestoken zadeldak. Het risaliet bevat op de begane grond een risalerende trappartij met twee gebogen steektrappen die op de eerste verdieping (de piano nobile) samenkomen bij het bordes van de hoofdentree. De trappen hebben ijzeren balusters en ijzeren leuningen. In het midden van de trap, onder het bordes, bevindt zich een secundaire ingang, bestaande uit een rechthoekige dubbele paneeldeur. De hoofdentree op de eerste verdieping heeft een rechthoekige dubbele paneeldeur met diamantkoppen in de onderste panelen en rechthoekige gladde panelen daarboven. Boven de dubbele deur bevindt zich een rechthoekig bovenlicht met roedenverdeling, bestaande uit twee halve cirkels aan weerszijden van een hele cirkel. De entree wordt omlijst door een geprofileerde houten architraaf met bekronend fronton en siervazen op de hoeken. Ter hoogte van de dakgoot zijn twee kleine rondboogvensters met zesruits-roedenverdeling aangebracht. De topgevel tenslotte heeft een tandlijst, een vierkante wijzerplaat en geaccentueerde hoekblokken. De topgevel wordt afgesloten door een kleine trapgevel met bekroning door middel van een luidklok in een open fronton. Op de punt prijkt een smeedijzeren decoratie. Aan weerszijden van het middenrisaliet bevindt zich een geveldeel ter breedte van een vensteras. Op de begane grond bevatten de vensterassen een groot rechthoekig venster (zonder korfboog) met twee vierruits-schuiframen met tweeruits-bovenlichten. Op de eerste verdieping bevatten de vensterassen elk een dubbel zesruits-venster met tweeruits-bovenlicht. In de borstwering van de vensters op de eerste verdieping is siermetselwerk aangebracht. De gevel wordt afgesloten door een cordonband en een geprofileerde houten gootlijst.
De linkerzijgevel (N) heeft een breedte van drie vensterassen. Het geveldeel rond de middelste vensteras is licht risalerend, net zoals de bakstenen hoeklisenen. De middelste vensteras bevat op de begane grond een driedelig venster met vierruits-schuifraam met tweeruitsbovenlicht en twee drieruits-zijlichten. Op de eerste verdieping bevat de middenas een dubbel zesruits-venster met tweeruits-bovenlicht. De geveldelen aan weerszijden van de middenas hebben een breedte van een vensteras en bevatten op de begane grond een zesruits-venster met drieruits-bovenlicht, op de eerste verdieping een negenruits-venster met drieruits-bovenlicht. Ter bekroning van de hoeklisenen zijn kleine stukken houten gootlijst doorgetrokken over de hoeken. Ter hoogte van de gootlijst is over de rest van de gevel een deels gepleisterde, deels gemetselde cordonband aangebracht. In de topgevel is, rustend op de cordonband, een dubbel zesruits-venster met tweeruits-bovenlichten aangebracht. Aan weerszijden van het venster bevindt zich een in pleister uitgevoerde ruitvorm, gevuld met siermetselwerk. De topgevel wordt afgesloten door een trapgevel.
De achtergevel (O) had in oorsprong een breedte van drie vensterassen. De twee noordelijke assen zijn nog zichtbaar, tegen de meest zuidelijke is een grote (niet beschermde) aanbouw gerealiseerd. De nadruk lag in oorsprong op de middenas, die wordt bekroond door een topgevel onder ingestoken zadeldak. Zowel op de begane grond als op eerste verdieping bevatten de middenas en de rechteras een schuifvenster met meerruits-roedenverdeling. De vensters op de middenas waren in oorsprong ook voorzien van een korfboog. In de topgevel bevindt zich een zesruits-venster met drieruits-bovenlicht.
De rechterzijgevel (Z) had in oorsprong eveneens een breedte van drie vensterassen. Tegen de meest oostelijke as is de tweelagige (niet beschermde) aanbouw gerealiseerd. De overige twee assen bevatten twee (niet oorspronkelijke) stolpende deuren met roedenverdeling. Op de eerste verdieping bevinden zich drie negenruits-vensters met drieruits-bovenlichten. In de topgevel bevindt zich een zesruits-venster met drieruits-bovenlicht (de nooddeur is recent aangebracht). De afwerking van de topgevel is identiek aan de linkertopgevel.
Waardering
Het voormalige raadhuis is van algemeen belang uit cultuur- en architectuurhistorisch oogpunt als een qua exterieur gaaf bewaard voorbeeld van een overheidsgebouw uit het vierde kwart van de 19de eeuw, gebouwd in neo-renaisancistische stijl. Daarnaast heeft het pand situationele waarde vanwege de stedebouwkundig markante ligging op de hoek van de Brink, St. Janstraat en Eemnesserweg.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Gemeentehuis | Bestuursgebouwen, rechtsgebouwen en overheidsgebouwen | Bestuursgebouw en onderdl | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Sint Janstraat | 1 | A | 1251 KX | Laren | – | – | Ja |
Sint Janstraat | 1 | – | 1251 KX | Laren | – | – | – |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | G | 4042 | – | Laren Noord-Holland |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1888 | 1888 | – | vervaardiging |