Maarsbergseweg 6, Doorn

Omschrijving

HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG. Jan Wilmink uit Amsterdam kocht in 1917 een gebied met 'boschgrond, bewassen met grof dennen en ander houtgewas' ten oosten van de Maarsbergseweg van de familie Van Lynden van Sandenburg. Op dit terrein stichtte deze een buitenplaats naar ontwerp van de architect J.C. Wentinck (bebouwing) en de tuinarchitect P.H. Wattez (aanleg). De uitvoering geschiedde door de Firma Van Veldhuysen te Doorn en door F.J. Moerkoert jr. uit De Bilt (terras en trappen). Het oorspronkelijke terreinoppervlak, zoals nog aanwezig en gemarkeerd door vier natuurstenen hoekstenen met de inscriptie 'Ruiterberg', is te onderscheiden in een buiten- en binnenterrein. Op het BUITENTERREIN is de poortwoning, ijskelder en boerderij gesitueerd. Het terrein is verder ingericht met bossen, die als coulissenwanden van de aanleg rondom het hoofdgebouw functioneren. De voor de aanleg belangrijke elementen op dit terrein zijn enkele evenwijdig verlopende lanen (van noord naar zuid: de oprijlaan, de zichtlaan vanaf het poortgebouw in oostwaartse richting, de lindenlaan), het lanenkruis op het perceel bij de boerderij, die voor de bescherming van ondergeschikt belang is, en een grote moes- en bloementuin annex boomgaard ten noordoosten van de boerderij. In het bos ten noordoosten van het huis was de tennisbaan gesitueerd (thans overwoekerd 1999). Het BINNENTERREIN beslaat een ruitvormig perceel met een centrale hoofdas van ca. 650 meter die aan de noord- en zuidzijde door een heuveltje wordt beëindigd (noord het zogenoemde 'Ruiterbergje' en zuid 'Spitsbergen') met daartussen een in structuur en deels in detail gaaf bewaard gebleven symmetrisch opgezette terrassenaanleg, waarvan een detailontwerp uit 1918 bestaat. De hoofdas, of as van symmetrie, daar zowel de aanleg als de beplanting aan deze as gespiegeld zijn, maakt deel uit van een uitgebreid assenstelsel, zoals de Topografische Militaire Kaart uit 1927-28 duidelijk laat zien. Het uit het bos uitgespaarde terrein heeft een besloten en naar binnen gekeerd karakter; de kunstmatige opzet van de aanleg contrasteert bijzonder verrassend met het dichte omringende bos (coulissenwanden). De aanleg is verdeeld over vijf niveaus; het huis is op het hoogste deel gelegen, waardoor de grootste perspectivische werking wordt verkregen. Vanaf het huis lopen vergezichten over de aflopende aanleg in zuidwaartse richting naar het omringende landschap. De verschillende niveaus worden van elkaar gescheiden middels schuine taluds en geaccentueerd door keermuren en trappen. Het middenterrein op het vierde niveau vormt het zwaartepunt van de aanleg; deze langgerekte parterre is oorspronkelijk het meesst gedetailleerd uitgevoerd (zie luchtfoto's uit 1926 en 1936); ten noorden van het middenterrein ligt het huis op eerste en tevens hoogste niveau. De ruimtelijke indeling is te onderscheiden naar de verschillende niveaus, die met gebruikmaking van de natuurlijke hoogteverschillen tot stand zijn gekomen: Het eerste niveau wordt gevormd door het huis met achterplaats/entree (noord), zonneterras (zuid) en de noordelijke punt van de ruitstructuur; het voorplein ligt op een dwarsas, die deels als oprijlaan en als zichtlaan functioneert; de driehoekige punt bestaat uit gras/heide omzoomd door coniferen, die in een golvende lijn aangeplant zijn, en in het midden oorspronkelijk een breed pad geflankeerd door rododendrons en bolacacia's (thans verwijderd 1999) eindigend bij het hoogste punt alwaar een opgeworpen heuveltje met een rondgaand pad aan de voet; zichtas van het heuveltje op het huis; het zonneterras is bestraat met flagstones van kunststeen en heeft een boogvormige uitbouw, begrensd door keermuren van natuurstenen blokken met op de twee hoeken trapjes van kunststeen. Het tweede niveau bestaat uit een smal tuindeel voor en een rechthoekig tuindeel aan weerszijden van het huis; hiervan worden de toegang en de hoeken gemarkeerd door Taxus (zuilvormig), aan de west- en oostzijde bevindt zich een trapje; het talud naar het derde niveau is beplant met heesters. Het huis ligt ten noorden van de dwarsas (deel oprijlaan), die aan de westzijde beëindigd wordt door het poortgebouw (zie onderdeel 1); vanaf het poortgebouw kon men het oude landhuis zien liggen, vanaf het huis een doorzicht in de laan in westelijke en oostelijke richting; de oprijlaan buigt na enkele tientallen meters naar links naar het voorplein. Het derde niveau is bereikbaar via twee keer twee trappen van kunststeen gesitueerd aan weerszijden van de middenas en bestaat uit een langwerpig deel verdeeld in drie tuinvakken met centraal in het middelste vak (gras) een zandstenen sokkel; de buitenste vakken (ruw grasland) kennen een aan elkaar gespiegelde beplanting van een solitaire blauwceder en diverse coniferengroepen; het talud is beplant met heesters en coniferen. Vanaf dit terras leidt een centrale brede 'statietrap' van kunststeen naar het vierde niveau gevormd door een langgerekte parterre met aan de westzijde een zicht op het jachthuisje; de dwarsas zet zich aan de oostzijde in een laan voort; langs de randen van de parterre staan geschoren Taxushagen; oorspronkelijk was deze haag het meest gedetailleerd uitgevoerd met broderies, waarvan thans Taxus en Buxus in vormsnoei resteren; talud met heesters en coniferen. Drie hellingbanen, waarvan de doorgang op de hoofdas gemarkeerd werd door een zuileik, leiden naar het aflopende vijfde niveau gevormd door de zuidelijke punt (schraal grasland) samenkomend bij het heuveltje als pendant van het noordelijke deel; het voorste deel is open met alleen langs de zijkanten boomgroepen, het smal toelopende deel is op de hoofdas voorzien van een beukenlaan; langs het talud loopt een halfverhard pad beplant met rododendrons, ook aan weerszijden van de punt zandpaden en oorspronkelijk een gebogen pad door akkers.

Waardering

De HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG behorende tot de buitenplaats De Ruiterberg is van algemeen belang:

- vanwege de ouderdom;

- als vrij gaaf bewaard en uniek voorbeeld van een aanleg (ca.1918) uit het oeuvre van de tuinarchitect P.H. Wattez;

- vanwege de monumentaal-symmetrische opzet van de aanleg die het werk van Wattez kenmerkt;

- vanwege de aanwezigheid van beplanting, onder andere een collectie bijzondere coniferen, ten tijde van de aanleg;

- vanwege het materiaalgebruik van de bouwkundige onderdelen, namelijk kunststeen;

- vanwege de landschappelijk-visuele waarde.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
513947
Complexnaam
Ruiterberg
Provincie
Plaats
Complexomschrijving

Omschrijving van het complex:

In structuur en deels in detail gaaf bewaarde buitenplaats met HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG (1), POORTGEBOUW (2), JACHTHUIS (3), IJSKKELDER (4). Op een top van de Heuvelrug, nabij de gemeente Maarn, werd ten oosten van de Maarsbergseweg in 1916 begonnen met de aanleg van de laatste buitenplaats van Doorn: De Ruiterberg. De opdrachtgever was J. Wilmink. Voor de gebouwen vroeg hij de Utrechtse architect J.C. Wentinck, terwijl voor de tuinaanleg de tuinarchitect P.H. Wattez werd aangetrokken. In twee jaar tijd creëerde Wattez een omvangrijke geometrische tuin, met het nog te bouwen landhuis van Wentinck als middelpunt. Het terrein werd in plateaus ingedeeld waarbij het huis zich op het hoogste plateau bevond. Ten noorden van het huis werd een korte zichtas geprojecteerd die naar het hoogste punt van de Heuvelrug binnen de gemeente Doorn liep. Aan de zuidzijde bevonden zich plateaus met rechthoekige bloemperken en rozentuinen die een symmetrische indeling kenden. De geometrische tuin werd omzoomd met bossen waardoor het geheel een besloten karakter had. In 1917 werd met de bouw van het huis begonnen. Wentinck voorzag het huis van een uitkijktoren, van waaruit een wijds uitzicht verkregen werd. Het huis is in de nadagen van de Tweede Wereldoorlog verwoest. In 1950 werd op dezelfde plaats een nieuw landhuis gebouwd naar ontwerp van architect Sutherland. Na de oorlog is de tuin sterk in verval geraakt, doch wordt thans (1999) gerestaureerd. De omgrenzing komt overeen met het oorspronkelijke terreinoppervlak gemarkeerd door vier natuurstenen hoekstenen met de inscriptie 'Ruiterberg'; de noordgrens volgt de gemeentegrens tussen Doorn en Maarn, de zuidgrens wordt bepaald door een wal waar een pad langs liep.

Waardering

De HISTORISCHE BUITENPLAATS DE RUITERBERG is van algemeen-, architectuur- en cultuurhistorisch belang:

- vanwege de ontstaansgeschiedenis;

- als een van de laatste gestichte grote buitenplaatsen in Nederland;

- als vrij gaaf bewaard en uniek voorbeeld van een aanleg (ca. 1918) uit het oeuvre van de tuinarchitect P.H. Wattez;

- vanwege de ensemblewaarde als onderdeel van de Stichtse Lustwarande;

- vanwege de functioneel-ruimtelijke samenhang van de verschillende onderdelen van de buitenplaats.

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Historische aanleg Kastelen, landhuizen en parken Tuin, park en plantsoen oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Maarsbergseweg 6 3941 MJ Doorn BY Ja
Types
Hoofdcategorie Subcategorie Beschrijving Notitie
Kastelen, landhuizen en parken Tuin, park en plantsoen
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
B 2358 Doorn
B 3582 Doorn
B 2438 Doorn
B 3224 Doorn
B 3222 Doorn
B 3581 Doorn
B 3225 Doorn
B 2353 Doorn
B 3221 Doorn
B 3611 Doorn
B 3199 Doorn
B 3610 Doorn
B 3223 Doorn
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1917 1917 vervaardiging
Ambachten
Name Beroep Notitie
Wentink, J.C. ; Utrecht architect / bouwkundige / constructeur
Naar boven