Inleiding

Gedeeltelijk vrijliggend hoekpand, omstreeks 1890 als STADSVILLA gebouwd voor de fabrikant Simon van den Bergh (1826-1907) in vormen van de chalet-stijl. Na 1896 is het onder andere in gebruik als dokterswoning. De villa is gelegen aan de westzijde van de Molenstraat en heeft een sterke architectonische en sociaal-economische samenhang met de nummers 61 en 65. Aan de achterzijde van het pand is tegenwoordig een huisartsenpraktijk gevestigd. Op de plaats waar zich vroeger de zeer ruime achtertuin bevond, is kort na 1990 nieuwbouw gerealiseerd.

Omschrijving

Gedeeltelijk vrijstaand, sterk frontaal gericht hoekpand op een ruwweg rechthoekige grondslag. Het pand heeft twee bouwlagen met een zolderverdieping, is opgetrokken in machinale baksteen en heeft muren in schoon metselwerk, aan de voorzijde geornamenteerd met onder andere speklagen. De vijf traveeën tellende voorgevel is opgetrokken in een rode verblendsteen en heeft geglazuurde profielstenen. Het pand is ten opzichte van de Molenstraat terugliggend geplaatst en heeft aan de voorzijde een dichtbegroeide tuin, omgeven door een ijzeren sierhekwerk. De opvallendste aspecten aan het pand zijn de twee haaks op de Molenstraat staande topgevels met doorgetrokken gootlijst en groot overstek. Het dak bestaat uit twee rechthoekige gedeeltes, beide hebben een plat dak met schilden die gedekt zijn met kruispannen. Het voorste gedeelte ligt wat hoger dan het achterste en heeft aan de voorzijde twee haakse aankappingen onder een zadeldak. In de dakschilden zijn vierkante dakvensters aangebracht met klapramen. Het pand heeft nog de originele recht gesloten vensters met T-ramen. Boven elk venster bevindt zich een gedrukte boog met metselmozaïek en een diamantkop als sluitsteen. De ornamentiek in de voorgevel wordt verder nog verzorgd door de smeedijzeren sierankers en de houten draagconstructie van de uitkragende aankappingen. De draagconstructie bestaat onder andere uit bewerkte houten stijlen, korbelen en een rondboog. De aankappingen worden elk bekroond met een sierlijk ijzeren windvaan. De dubbele voordeur is bereikbaar via een laag trapje met hardstenen treden. De zij- en achtergevels van het pand zijn aanmerkelijk soberder behandeld dan de voorgevel. De zuidelijke zijgevel werd oorspronkelijk door hoge bomen aan het zicht onttrokken. De decoratie is sober met cordonlijsten, grote lisenen, ijzeren steekankers en een tandlijst onder de goot. In het zuidelijke dakschild bevinden zich twee gemetselde schoorstenen. De aanbouw aan de achterzijde dient vooral als praktijkruimte en valt buiten de van rijkswege geldende bescherming. Intern blijkt het huis als dubbel woonhuis te zijn opgebouwd; de centrale gang deelt het pand in twee gedeelten. Hoewel de oorspronkelijke indeling grotendeels is gehandhaafd, zijn intern op enkele geëtste deurruiten na vrijwel alle decoratieve elementen verdwenen. Het pand heeft een dubbele kelder.

Waardering

De villa is in haar hoedanigheid van fabrikantenvilla van algemeen cultuurhistorisch belang als bijzondere uitdrukking van een sociaal-economische ontwikkeling. De villa heeft architectuurhistorisch belang vanwege het bijzondere materiaalgebruik en de ornamentiek. De villa is van algemeen belang vanwege de bouwkundige en sociaal-economische samenhang met de nummers 61 en 65. De villa heeft belang vanwege de architectonische gaafheid van het exterieur.