H. Gummarus, Wagenberg
Inleiding.
Ten zuidwesten van de pastorie bevindt zich de r.-k. PAROCHIEKERK waarvan de toren enigszins achter de rooilijn van de Dorpsstraat gelegen is. Kerk en pastorie zijn door middel van enkele latere aanbouwen met elkaar verbonden. Ter linker zijde van de kerk bevindt zich de tuin van de pastorie, ter rechter zijde geeft een smal inrijpad, afgesloten met een siersmeedijzeren HEK, toegang tot de ten zuidwesten van de kerk gesitueerde begraafplaats. Onder bouwpastoor A.C. Mijnen werd de kerk in 1903-04 gebouwd naar een ontwerp van architect P.J. van Genk in Neo-Gotische stijl. Van 1983 tot 1987 is de kerk gerestaureerd.
Omschrijving.
Driebeukige, op het zuidoosten gerichte, kruiskerk van het basilicale type met toren en dakruiter onder zadel-, lessenaar- en (omlopende) tentdaken, gedekt met leien in Maasdekking. Dakruiter evenals nokeinde priesterkoor bekroond met smeedijzeren kruis, nokeinden transepten met natuurstenen kruisbloemen. In de dakschilden diverse decoratieve dakkapellen onder aankappende zadeldaken met kruisbloembekroning op het nokeinde. Het betreft een baksteenbouw met rijke toepassing van natuursteen, bestaande uit een schip van zeven traveeën met aansluitende toren, een transept van één travee en een koor van drie traveeën met 7/12 sluiting. Het transept heeft aan de koorzijde twee ondiepe kapellen onder plat (Mariakapel en Barbarakapel), in de oksel van deze kapellen en het priesterkoor liggen twee aansluitende eenlaags uitbouwen onder zadeldaken (sacristie en bij-sacristie) met siervaasbekroning op het nokeinde, en aan weerszijden van de toren liggen twee naar de Dorpsstraat toe tweezijdig gesloten kapellen (doopkapel en Antoniusfabriek) onder omlopende tentdakjes, bekroond met smeedijzeren kruisbloemen. In de kopgevels van de transepten licht uitgebouwde biechtnissen onder wimbergen.
De opmerkelijk lange, slanke toren is 67 meter hoog en verhoudt zich tot het schip met koor als 1:1. De toren telt vier geledingen met haakse, zich verjongende steunberen en een zeer slanke naaldspits met geknikte voet. Met name in de bovenste geleding veel speklaagversieringen. Tegen de noordzijde een pentagonale traptoren met naaldspits, eveneens met geknikte voet. De eerste geleding heeft een hoofdportaal voorzien van archivolten op gekoppelde zuilen en een dubbele houten entreedeur met sierlijk smeedijzeren beslagwerk en een zijportaal. Beide portalen onder met natuurstenen kruisbloemen bekroonde wimbergen. In de tweede geleding een roosvenster als bekroning van een venster met twee gekoppelde lancetten. In de derde geleding drie aan drie zijden omlopende horizontale reeksen smalle nissen met detaillering in natuursteen. De steunberen gaan ter hoogte van de klokkengeleding over in lisenen die gekoppelde, en met natuurstenen spitsbogen bekroonde galmgaten omsluiten die in de toppen boven de wijzerplaten worden afgesloten met overkragende wimbergen met kruisbloemen. Licht overkragende hoektorentjes waarop naaldspitsjes met geknikte voet en bekroond met smeedijzeren kruisbloemen. Slanke, octogonale naaldspits met in de dakschilden diverse decoratieve dakkapellen en bekroond met een vergulde koperen bol, een smeedijzeren kruis en een vergulde koperen windvaan.
Bij de rest van de kerk wordt natuursteen minder uitbundig toegepast en voornamelijk gebruikt als afdeklaag op topgevels, op versnijdingen van steunberen, voor lekdorpels, sluitstenen en roosvensters. In de lichtbeuk van het schip bevinden zich spitsboognissen waarin tripletvensters, in de zijbeuken lancetvensters, in de kopgevels van de transeptarmen een spitsbogige nis waarin een roosvenster als bekroning van vier gekoppelde lancetten, en in het priesterkoor hooggeplaatste lancetvensters. Inwendig toont de kerk in materiaal een afwisseling tussen baksteen in schoon metselwerk, natuursteen en gepleisterde muurvlakken met (sinds de restauratie van 1983-87) grotendeels gereconstrueerde polychromie waarbij decoratief sjabloneerwerk, schijnvoegen en profiel-accentuering uitbundig toegepast worden. In de diverse kapellen bovendien siermetselwerk en speklagen in divers gekleurde baksteen, gesjabloneerde pseudo-gordijnen, polychrome cementtegels en siersmeedijzeren hekwerken. De driedelige opstand in schip en transept wordt versterkt door natuurstenen horizontale lijsten, deels met floraal beitelwerk. De lichtbeuktripletten, het ondergelegen blinde triforium en de afgeplatte scheibogen rusten op gepolijste roodmarmeren zuilen met koolbladkapitelen. Schepen, transept en koor zijn overwelfd met natuurstenen (kruis-)ribgewelven en gordelbogen, in de viering rustend op bundelpijlers en in het koor en de zijbeuken op tegen afgeplatte muurpijlers geplaatste collonetten, deels met halfkapitelen. De Maria- en Barbarakapel bevinden zich in spitsbogige bakstenen nissen. In het koor bevinden zich onder de hooggeplaatste lancetvensters ondiepe nissen. Zwart-grijze kunststenen vloertegels, in het koor vernieuwd. Aan de torenzijde van het middenschip drie entreedeuren onder spitsbogen met gepleisterde boogvelden en op de verdieping een zangerstribune met houten, decoratief gesneden balustrade. Diverse kerkdeuren aan de binnenzijde afgewerkt met timmerwerk in visgraatmotief. De kerk bezit een vrij compleet en gaaf bewaard gebleven neogotisch interieur en inventaris. Vermeldenswaard zijn onder andere: gepolychromeerde en uit diverse materialen opgebouwde altaren (voormalige Hoogaltaar, Barbara-altaar, Maria-altaar) en communiebanken (alle van Jan Custers uit Stratum, 1904); het St. Antoniusaltaar (mogelijk J.Custers, circa 1900); het orgel (P.J. Adema uit Amsterdam, 1882); 13 op doek geschilderde figuren in de nissen van het priesterkoor (Gebr. Windhausen uit Roermond, 1908); geschilderde kruiswegstaties (Gebr. Windhausen, 1910); een devotie-altaar van Onze Lieve Vrouw (W. Kloosterman uit Tilburg en J. de Wit uit Hilversum, 1938); een octogonale doopvont met kap en hijskraan (Rademaker uit Geleen, 1907); een zilveren Godslamp (Esser uit Weert, 1911); originele biechtstoelen en kerkbanken met gotische detaillering (1904 en 1916); een groot triomfkruis met Christus in mandorla (Braam uit Made, 1910); een kruisbeeld met houten Christuscorpus (mogelijk 1844); diverse solitaire beelden, o.a.: de H. Theresia van Lisieux (gips, 20ste-eeuws), de H. Familie (hout, 1914), St. Jozef (hout, mog. atelier Stolzenberg te Roermond, 19de-eeuws), de H. Gummarus (hout, Stolzenberg, 1889), de H. Gerardus Majella (hout, J. Custers, 1904), de H. Franciscus (gips, J. Custers, 20ste-eeuws), een H. Hartbeeld (hout, Stolzenberg, 1874), de H. Maria (gips), de H. Anna met Maria (hout, 1914) en de H. Elisabeth (gips); de gebrandschilderde Maria-vensters in het noordtransept (H. Asperlagh uit Voorburg, 1944) en de koorvensters (H. Asperlagh, 1950-51) en een gedenksteen ter nagedachtenis aan de Tweede Wereldoorlog (B. Welten, 1947). Ter rechter zijde van de kerk ligt een smal inrijpad dat leidt naar de achtergelegen begraafplaats. Het pad kan worden afgesloten met een siersmeedijzeren HEK, bestaande uit twee symmetrische vleugels waarin spijlen bekroond met vlammotieven en twee lijsten met gotische drie- en vierpassen.
Waardering.
De kerk met het hekwerk is van algemeen belang. Het object heeft cultuurhistorische waarden als bijzondere uitdrukking van de ontwikkeling en emancipatie van het rooms-katholicisme in het begin van de twintigste eeuw wat betreft bestemming en verschijningsvorm. Verder vanwege het belang voor de typologische ontwikkeling van dorpskerken. Het object heeft architectuurhistorische waarden. Als representant van een groter formaat dorpskerk en als een laat ontwerp van de architect Van Genk neemt de kerk binnen zijn oeuvre een geheel eigen plaats in. Verder vanwege de esthetische kwaliteiten van het architectonisch ontwerp met verwerking van vroeggotische motieven, het verfijnde materiaalgebruik en de zeer rijke ornamentiek in met name de toren en het gepolychromeerde interieur met inventaris. Het object heeft ensemblewaarden als essentieel onderdeel van een historisch gegroeid religieus ensemble aan de Dorpsstraat. Als beeldbepalend en dominant object in een overigens vrij open landschap geeft de kerk uitdrukking aan het belang dat men rond de eeuwwisseling hechtte aan de kerk in de dorpssamenleving. Het object is van belang vanwege de gaafheid en compleetheid van ex- én interieur met inventaris en om die reden vrij zeldzaam.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Inleiding.
Aan de Dorpsstraat te Wagenberg gelegen complex, bestaande uit een PASTORIE van de Heilige Gummarus parochie (1), een aangrenzende r.-k. PAROCHIEKERK met belendend sierHEKwerk (2) en een KRUIS op de achterliggende begraafplaats (3).
In opdracht van het rooms-katholieke kerkbestuur van de parochie van de Heilige Gummarus bouwde architect P. Soffers onder bouwpastoor W. Oomen in 1856 de pastorie naast een eenvoudige kerk uit het einde van de achttiende eeuw. Door de bevolkingstoename in de tweede helft van de negentiende eeuw werd deze kerk al snel te klein waarna in 1903-1904 onder bouwpastoor A.C. Mijnen besloten werd tot de bouw van de huidige, door architect P.J. van Genk uit Leur ontworpen kerk. De kerkinventaris is afkomstig uit diverse kunstateliers in met name Brabant en Limburg. Het kruis op de begraafplaats dateert uit 1867 en is waarschijnlijk afkomstig uit het atelier van G. Klep-de Bruijn te Breda.
Omschrijving .
Het complex strekt zich van het noordoosten naar het zuidwesten uit langs de veelal lintbebouwde Dorpsstraat in het centrum van Wagenberg in een overigens vrij open gebleven landelijke omgeving. De in het noordoosten gesitueerde pastorie ligt met de langsgevel in de rooilijn van de Dorpsstraat en stond oorspronkelijk geheel vrij. Ten zuidwesten van de pastorie bevindt zich de parochiekerk waarvan de toren achter de rooilijn gelegen is. Kerk en pastorie zijn door middel van enkele latere uitbreidingen met elkaar verbonden. Ter linker zijde van de kerk bevindt zich de tuin van de pastorie, ter rechter zijde geeft een smal inrijpad, afgesloten met een siersmeedijzeren hekwerk, toegang tot de ten zuidwesten van de kerk gesitueerde begraafplaats.
Waardering.
Het complex, bestaande uit een pastorie, parochiekerk met hek en kruis, is van algemeen belang. Het complex heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van de ontwikkeling en emancipatie van het rooms-katholicisme in de tweede helft van de negentiende eeuw en het begin van de twintigste eeuw wat betreft bestemming en verschijningsvorm. Verder vanwege het belang van de samenstellende onderdelen voor de ontwikkeling van de diverse typologieën. Het complex heeft architectuur- en kunsthistorische waarden vanwege de in het complex vervatte ontwikkelingsgeschiedenis, vanwege de plaats van de onderdelen binnen de oeuvres van de architecten, vanwege de esthetische kwaliteiten van de architectonische ontwerpen, vanwege het verfijnde materiaalgebruik en de rijke ornamentiek in met name de kerktoren en het kerkinterieur met inventaris. Het complex heeft ensemblewaarden als onderdeel van de historische bebouwing aan de Dorpsstraat en verder als beeldbepalend en markant element in een overigens vrij open, landelijke omgeving. Het complex is van belang vanwege de gaafheid van de architectonische hoofdvormen en grote delen van de interieurs met inventaris en is als zodanig zeldzaam. Verder wegens de hoogwaardige kwaliteit van de samenstellende onderdelen, bestaande uit de pastorie, de kerk met sierhekwerk en een monumentaal kruis op de begraafplaats.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Kruisbeeld (H) | Uitvaartcentra en begraafplaatsen | Begraafplaats en -onderdelen | oorspronkelijke functie | – |
Kerk | Religieuze gebouwen | Kerk en kerkonderdeel | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Dorpsstraat | 56 | – | 4845 CG | Wagenberg | – | – | Ja |
Dorpsstraat | 58 | – | 4845 CG | Wagenberg | – | – | – |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | D | 3645 | – | Terheijden |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1867 | 1867 | Betreft plaatsing kruis kerkhof | verbouwing |
1903 | 1904 | Betreft bouw kerk | vervaardiging |
1983 | 1987 | Betreft restauratie kerk | restauratie |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
Genk, P.J. ; Noord-Brabant | architect / bouwkundige / constructeur | – |
Custers, J. ; Noord-Brabant | beeldhouwer / steenhouwer / schrijnwerker | – |
Adema, P.J. ; Noord-Brabant | orgelmaker | – |
Windhausen ; Noord-Brabant | schilder / tekenaar / graveur | – |
Kloosterman ; Noord-Brabant | goudsmid | – |
Wit de, J. ; Noord-Brabant | beeldhouwer / steenhouwer / schrijnwerker | – |
Rademaker ; Noord-Brabant | overig ambachtsoort | – |
Esser ; Noord-Brabant | overig ambachtsoort | – |
Braam, Gerard ; Noord-Brabant | aannemer / uitvoerder | – |
Stolzenberg ; Noord-Brabant | beeldhouwer / steenhouwer / schrijnwerker | – |
Asperslagh, A. ; Noord-Brabant | glazenier | – |
Welten, B. ; Noord-Brabant | beeldhouwer / steenhouwer / schrijnwerker | – |
Klep-de Bruijn, G. ; Noord-Brabant | overig ambachtsoort | – |