Allerheiligst Sacrement, Delft
Inleiding
R.k. KERK Allerheiligst Sacrament uit 1938-39 in de stijl van het Traditionalisme (Bossche School) gebaseerd op de Romaanse kerkenbouw, naar ontwerp van architect ir. H. Thunnissen van het architectenbureau Thunnissen en Hendricks te 'S Gravenhage i.s.m. J.Th. v. Rossem te Delft. De doopkapel aan de noordoostzijde, die met een tussenlid met de kerk verbonden is, stamt uit de jaren zestig, net als de kruiswegstaties in mozaiëk. Het glas-in-beton van de kapel en de staties zijn ontworpen door Peter Wiegersma. De kapel zelf werd gebouwd door de Fa. Kerklaan uit Delfgauw naar ontwerp van architect Hekker. Links en rechts van het priesterkoor bevinden zich twee beelden, voorstellende de H. Jozef (patroon van de kerk met kerkgebouw in zijn hand) en H. Paulus (met een zwaard en een rol, die zijn brieven symboliseren). Het altaarmeubilaar stamt van 1976. Links van het koor bevindt zich een eerste steen van 1939 met de tekst: "Me Posuit J.L. Dankelman Decanus A.D. VIII KAI AUG MCMXXXIX.
Het grote marmeren beeld van Maria ten Hemelopneming is vervaardigd in Genua, sinds 1818 in Nederland en sinds 1940 aan de kerk in bruikleen gegeven door het Bisschoppelijk Museum Haarlem. De twee reliëfs in majolica voorstellende de Moeder van Altijddurende Bijstand en de Moeder van Goede Raad zijn van de hand van H. Etienne, evenals een kruisgroep van eikenhout uit 1941 met een Maria- en Johannesfiguur uit 1946. Achterin de kerk het beeld van de H. Antonius (met een monstrans).
Omschrijving
De kerk is een gesloten pseudo-basiliek met robuuste toren opgetrokken vanuit een samengestelde, grofweg trapeziumvormige plattegrond en bestaat uit een samengesteld, asymmetrisch bouwvolume. De plattegrond verspringt trapsgewijs en volgt zo de naar het oosten breder wordende kavel. Het schip is onderverdeeld in een deel van drie traveeën en een breder deel van vier traveeën, onder een verlengd dakvlak. Op beide dakvlakken bevinden zich twee met zink bekleedde dakkapellen. Vóór het hoge schip onder een zadeldak bevindt zich een lager, smaller, drie traveeën lang volume. Dit heeft eveneens een zadeldak en wordt doorsneden door de risalerende toren. Voorts zijn in de oksels van de hoofdvolumes éénlaagse bouwvolumes onder lessenaarsdaken gerealiseerd. Aan de zuidwestzijde van het schip zijn enkele van deze nevenvolumes met plat dak en houten goot gebouwd, die diverse functies - onder meer de sacristie en biechtruimten - hebben. Aan de oostzijde bevindt zich een lager, één travee lang volume onder een zadeldak. Het halfronde koor is daarmee verbonden en heeft een kap met overstek en zeven dakschilden. Aan de noordoostzijde bevindt zich een zeshoekige kapel met koperen dak, die via een tussenlid met het hoofdvolume is verbonden. Ter erfafscheiding bevindt zich langs de Simonsstraat een bakstenen muur, waartegen een vrij van de kerk staand transformatorhuisje van één bouwlaag is opgetrokken. Dit transformatorgebouw heeft een plat dak met overstek op houten klossen.
Het gebouw is opgetrokken in geel-grauwe baksteen in Noors verband met een heldere voeg. Het lage trasraam is afgesloten met een rollaag. In de zijgevels zijn op regelmatige afstand op ooghoogte kleine baksteenmozaïeken in drie verschillende patronen aangebracht. De sluitstukken, hoekstenen en lekdorpels van de kleine spitsboogvensters zijn vervaardigd van kunststeen. De lekdorpels van de staande spitsboogvensters bestaan uit afgeronde grestegels. In de toren zijn ze van baksteen. De ronde vensters hebben rondom een koppenlaag, die boven en onder als kleine hanenkam is uitgevoerd, of zijn van een natuurstenen lekgootje voorzien. De overstekende goten met gootklossen bestaan uit beton.
De 25 meter hoge toren heeft in de onderste geledingen galmgaten. Bovenaan bevinden zich aan iedere zijde reeksen van drie rondboogvensters. De gevels worden afgesloten met uitgemetselde rondboogfriesen. De gemetselde, zeskantige spits wordt bekroond door een tufstenen, bolvormig element met daarop een latijns kruis. De hoofdentree in de noordwestgevel (voorgevel) bestaat uit een inpandig portiek met forse hoekstenen. Ook de dubbele deur is zwaar omlijst met kunststenen blokken. Een hoge strek wordt afgesloten met een sluitsteen, waarop in reliëf een pelikaan, die zijn jongen voedt met zijn eigen bloed, is afgebeeld. De deuren hebben ijzeren beslag en gehengen en koperen stootbord, zijn voorzien van een ruit (in de vorm van een op zijn punt geplaatst vierkant), en hebben een uitgebreid patroon van profiellijsten. Dit patroon bestaat uit op zijn punt geplaatste vierkanten en loopt over de twee deuren door. De overige entree's, namelijk twee nevenentree's in de zijgevels en twee nevenentree's in twee van de éénlaagse aanbouwen, bestaan uit een ondiep inpandig portiek met trapsgewijs verspringende dagkanten. Vóór de entree's bevinden zich gemetselde stoepen met twee treden. Kunststenen blokken, een strek met kunststenen aanzet- en sluitstenen en ter afsluiting een uitkragende waterlijst verrijken de entree. De sluitsteen is bij de entree's in de zijgevels uitgebouwd tot forse, gebouchardeerde hanenkam. In de entree's van de nevenvolumes ontbreekt de sluitsteen. De gemetselde lisenen, die bovenaan met een kunststenen blok afgesloten worden, accentueren de traveemaat en ondersteunen het verticale ritme van de smalle spitsboogvensters. Iedere travee bevat drie langgerekte spitsboogvensters met glas-in-lood. De kopse gevels zijn grotendeels blind, met uitzondering van de gevels van de éénlaagse bouwvolumes. In deze gevels bevinden zich respectievelijk ronde vensters of entree's.
In het koor bevinden zich laaggeplaatste cryptevensters.
Het nagenoeg gave interieur heeft de oorspronkelijke indeling grotendeels behouden. Boven het entreeportaal bevindt zich de orgelgalerij. Schip en zijbeuken bevinden zich onder één dakschild en worden gescheiden door zuilen met teerlingachtige kapitelen en de rechthoekige kolommen, waarop de ijzeren spanten rusten. De eenvoudige stalen profielen zijn geklinknageld. Schip en koor worden gescheiden door bakstenen scheimuren met spitsboogvormige openingen met meervoudige rollagen. De kap is met grenen delen beschoten. De extra ruimte, die is ontstaan door de verspringende plattegrond, is niet bij de kerkruimte betrokken maar benut voor het onderbrengen van onder meer de biechtruimten. De wanden in moppen in Vlaams verband worden bovenaan afgesloten met een uitgemetselde sierlijst. De gebrandschilderde glazen in het verhoogde koor zijn gewijd aan de H. Drievuldigheid, aan heiligen waaronder Thomas van Aquino, H. Clara en de H. Juliana van Cornillon. In de kerk voorts een tegelvloer van travertin, het oorspronkelijk bankenplan en eikenhouten banken, biechtstoelen met getoogde deuren met glas-in-lood ruiten, orgelgalerij in hout verrijkt met gesneden delen, toegang naar opgang galerij afgesloten met smeedijzeren hekwerk. Voormalige Sacristie met ketelhuis eronder. Orgel en orgelkas zijn niet van waarde uit het oogpunt van monumentenzorg.
Waardering
De r.k. kerk Allerheiligst Sacrement uit 1938/39 van archtitect Thunissen is van algemeen belang vanwege de cultuur- en architectuurhistorische waarde
- als uitdrukking van een religieuze functie en vanwege de historisch-functionele samenhang tussen de gebouwen;
- als voorbeeld van de bouwstijl, namelijk het Traditionalisme en vanwege de hoge mate van gaafheid van de hoofdvorm, detaillering, materiaalgebruik en interieur.
Het kerkgebouw heeft stedenbouwkundige waarde vanwege de prominente ligging aan het Poortlandplein en vanwege de ruimtelijk-functionele en visuele relatie met het parochiehuis en het voormalige patronaatsgebouw.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Inleiding
Complex bestaande uit de r.k. KERK Allerheiligst Sacrament en het bijbehorend PAROCHIEHUIS, beide uit 1938-39 in de stijl van het Traditionalisme (Bossche School) van architect ir. H. Thunnissen van het architectenbureau Thunnissen en Hendricks te 's-Gravenhage i.s.m. J.Th. v. Rossem te Delft, en een PATRONAATSGEBOUW uit 1929 van architect B. Hurm.
Het r.k. Parochiaal kerkbestuur van het Allerheiligst Sacrament te Delft verstrekte de opdracht voor de bouw van kerk en parochiehuis. Het Genootschap tot opvoeding te Roosendaal gaf de opdracht tot de bouw van het patronaatsgebouw. Door de bouw van een groot aantal woningen in de Wippolder ontstond hier de behoefte aan een katholiek kerkgebouw. Na de Eerste Wereldoorlog werd naar ontwerp van Thunissen eerst een hulpkerk opgericht, die van 1921 tot 1940 dienst deed. Inmiddels waren op het driehoekige terrein ook al een kloostergebouw en een r.k. jongensschool verrezen. Ook de hulpkerk werd, na het betrekken van de nieuwe kerk, verbouwd tot school.
Omschrijving
Het complex bestaat uit 3 onderdelen op een driehoekig bouwterrein dat wordt begrensd door het Poortlandplein, de Simonsstraat, de Prins Mauritsstraat en de Nassaulaan.
Het kerkgebouw ligt op een prominente hoek van het Poortlandplein, daar waar de Nassaulaan en de Simonsstraat samenkomen. Dit plein vormt een belangrijke speerpunt in de TU-wijk als knooppunt van belangrijke verbindingswegen. De zessprong van het plein wordt gevormd door de Mijnbouwstraat, de Julianalaan, de Schoenmakerstraat, de Nassaulaan, de Simonsstraat en de voortzetting van de Julianalaan. Tussen de Mijnbouwstraat en de Julianalaan bevindt zich het De Vries van Heijstplantsoen. Schuin tegenover de kerk is de voormalige dienstwoning van de veldwachter gesitueerd. De toren van de kerk is op zijn beurt georiënteerd op de as van de Mijnbouwstraat.
Het parochiehuis bevindt zich ten zuidoosten van het kerkgebouw, aan de Nassaulaan en is via een lager tussenlid verbonden met één van de nevenvolumes ten zuiden van de kerk. Het patronaatsgebouw bevindt zich ten oosten van de kerk aan de Simonsstraat en is via een bakstenen muur aan de noordzijde van de kerk, waartegen een GEB-huisje is gebouwd, met de kerk verbonden.
Waardering
Het complex met de r.k. kerk Allerheiligst Sacrament uit 1938/39, bijbehorende parochiehuis uit 1938/9 en voormalig zusterhuis uit 1929 is van algemeen belang vanwege de cultuur- en architectuurhistorische waarde
- als uitdrukking van een religieuse functie en de functionele samenhang tussen de gebouwen;
- als voorbeeld van een bouwtype, als voorbeeld van de bouwstijl, namelijk het Traditionalisme en vanwege de hoge mate van gaafheid van de hoofdvorm, detaillering en materiaalgebruik.
Het complex heeft stedenbouwkundige waarde vanwege de beeldbepalende ligging aan het Poortlandplein en vanwege de ruimtelijk-functionele en visuele relatie van de gebouwen onderling.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Kerk | Religieuze gebouwen | Kerk en kerkonderdeel | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Poortlandplein | 1 | – | 2628 BM | Delft | – | – | Ja |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | A | 9098 | – | Delft |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1938 | 1939 | – | vervaardiging |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
Thunnissen, H. ; Drenthe | architect / bouwkundige / constructeur | – |