Almenseweg 49, Vorden

Omschrijving

Het DIENSTGEBOUW ten zuidoosten van het huis buiten de omgrachting ligt aan de oprijlaan en bestaat uit drie aaneen gebouwde delen: een paardenstal met koetshuis en veestal, een mestschuur en een boerderij met stal. De paardenstal is een langgerekt gebouw onder schilddak met gesmoorde pannen belegd. Aan laanzijde twee getoogde ingangen met dubbele houten deuren met spaakroeden in de bovenlichten, overigens houten deurtjes met bovenlicht, een venster en een blindnis. Rechte strekken boven deuren en venster. Op de verdieping roedevensters en twee duivengaten. In de linkerzijgevel drie roedevensters op de begane rond met rechte strek en een op de verdieping. In de achtergevel zijn de vensters van spijlen voorzien. In het inwendige uiterst links een paardenstal met drie boxen, onderling gescheiden door schotten en gietijzeren palen met knop. Tegen de wanden tegels en vloer met klinkers bestraat. Daarachter een tuigenkamer. Daarnaast de stalling voor de koetsen. In het rechterdeel de veestalling met groep en pomp. Dit deel zal uit de 18de eeuw kunnen dateren (windvaan met 1726). Mestschuur onder wolfdak met gesmoorde pannen. Rondboogdeur aan de zijde van de oprijlaan. Dit deel dateert uit de tweede helft van de 19de eeuw. Boerderij met stalgedeelte onder wolfdak aan de oprijlaan. Getoogde inrijdeur en twee getoogde mestdeurtjes. Rondboogvenstertjes. Dit deel kan uit het eind van de 18de eeuw dateren. Het woongedeelte onder overstekend zadeldak staat haaks ten opzichte van de stal en is later, omstreeks 1900, toegevoegd.

Waardering

DIENSTGEBOUW behorend tot de historische buitenplaats Den Bramel van algemeen cultuurhistorisch belang

- wegens de ouderdom

- wegens het type

- wegens de situering aan de oprijlaan

- als functioneel onderdeel van de buitenplaats

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
529305
Complexnaam
Den Bramel
Provincie
Gemeente
Plaats
Complexomschrijving

Omschrijving van het complex

De in structuur en op plaatsen in detail goed bewaard gebleven HISTORISCHE BUITENPLAATS DEN BRAMEL bestaat uit een HOOFDGEBOUW (Huis Den Bramel) (1), HISTORISCHE TUIN- en PARKAANLEG (2), DIENSTGEBOUW (3), HOUTLOODS (4), VOORMALIGE ELEKTRICITEITSCENTRALE (5), BRUGGEN met BALUSTRADES (6A en 6B), PRIEEL (7), MOESTUINMUUR (8), KOUDE BAK en KAS (9A EN 9B), HONDENHOK (10), BEDELAARSBEL (11), LANTAARN (12), WASPLAATS (13) en DIENSTWONING (14).

De historische buitenplaats DEN BRAMEL ligt ten noorden van het dorp Vorden in de buurtschap Veldwijk. De naam zou een samenstelling zijn van de woorden 'braam' en 'loo', een bos (loo) waarin bramen groeien. Het gebied van de buitenplaats bestaat uit hoge en lagere delen, vrijwel geheel bedekt met fijn zand, afkomstig van eolische afzettingen. In het lage deel bestaat de bodem uit lemig fijn zand. Hier liggen de nattere gedeelten van het terrein met de grachten en verschillende waterlopen. De hogere delen in het zuiden zijn als akker in gebruik, in het noorden als bos. Water afkomstig van de gronden aan de oostkant van de buitenplaats komt ten oosten van het huis via een inlaat binnen, wordt via duikers door de grachten geleid en door de waterlopen en waterpartijen ten noorden van het huis. Ten noordwesten van het huis watert de buitenplaats met een duiker af op de Onderlaatse Laak, die uiteindelijk via de Berkel in de IJssel uitmondt. De eerste vermelding van een 'Hoff te Bramel' dagtekent van 1396. Er was geen sprake van een kasteel of landhuis, wel van hoeven (Groot en Klein Bramel). Het huidige huis kwam pas in het midden van de 17de eeuw tot stand, waarschijnlijk ter plaatse van een ouder gebouw. De kelder met het kruisribgewelf onder het linker deel van het huis zou van dat oudere gebouw een onderdeel geweest zijn. In 1650 betrof het een landhuis op U-vormige plattegrond van twee bouwlagen en een kap en een souterrain onder een hoog, omlopend schilddak. Op het voorterrein stond een agrarisch bijgebouw onder zadeldak. Over een aanleg rond het huis in deze periode is niets in het bijzonder bekend. Op grond van de gegevens op de kadastrale minuut van 1825 kan men echter aannemen dat het huis en voorterrein al in de 17de eeuw binnen een dubbele omgrachting lagen. In 1726 kwam een bouwhuis ten oosten van het voorplein tot stand (jaartal op de windvaan op het koetshuis). In 1824 werd de buitenplaats verkocht aan C.J.J. Storm van 's-Gravesande. Het goed werd toen omschreven als: 'den hof toe Bramel met de Heerenhuizinge en verder getimmer en die daarbij onder gehorende Hoven, Landerijen, Plantagies en akkermaalsbosschen benevens twee boeren Erven groot en klein Bramel genaamd benevens een tuinmanswoning en een daghuurdershuisje'. Storm van 's Gravesande liet in de jaren daarna veranderingen aan huis en plaats uitvoeren. In 1825 was de situatie als volgt: het terrein bestond uit zes rechthoekige percelen die van een omgrachting waren voorzien. Daarbinnen had de huisplaats met het 'Kasteel den Bramer' zijn eigen omgrachting. Op het voorplein stond een (later afgebroken) dienstgebouw. Aan de zuidwestkant had het terrein ter plaatse van het voorplein een uitstulping, waardoor de aanleg een L-vorm had. Aan de oostkant van het voorplein lagen twee rechthoekige opstallen, het koetshuis en de boerderij. De mestschuur was nog niet gebouwd. Voor de bijgebouwen langs liep een aftakking van de gracht. Oostelijk van het huis lag een omgrachte tuin, vanaf het voorplein via een brug toegankelijk. Ten noorden van het huis een 'terrein van vermaak' via een brug over de westelijke buitengracht toegankelijk. Aan de zijde van de Almenseweg bevond zich een dubbele tuin, waarvan het noordelijk deel als boomgaard gebruikt werd. Dit waarschijnlijk 17de-eeuwse rechtlijnige stelsel is tot op heden aanwezig. De hoofdtoegang lag aan de oostkant van het terrein vanaf de Almenseweg. In de jaren hierna vonden wijzigingen plaats aan opstallen en aanleg. Het huis kreeg een classicistische uitmonstering met een driehoekig fronton boven de middenrisaliet van de voorgevel en een licht gepleisterde gevelafwerking. De steile 17de-eeuwse kap werd in 1854 (jaartal op balk) vervangen door een lager, omlopend schilddak met zakgoot en een dakruiter met klok. De vensters werden gemoderniseerd. Aan de noordkant werd terrein bij de buitenplaats gevoegd dat tot een wandelbos met slingerpaden werd ingericht. Rond de es aan de zuidkant van het huis kwam eveneens een wandeling tot stand. Daartoe werd de boerderij De Kleine Bramel gesloopt. In de loop van de 19de eeuw volgden verdere veranderingen aan huis en omgeving. In het noordwesten van het terrein verscheen een kleine landschappelijke vijver en een zichtas vanaf het huis in noordelijke richting kwam tot stand. In 1863 betrokken I.F. Storm van 's Gravesande en zijn echtgenote E.A.S. van Heeckeren Den Bramel. Zij lieten het huis in de jaren daarna verbouwen. Het werd van de pleisterlaag ontdaan en tegen de voorgevel werd een nieuwe ingangspartij, een neogotisch portaal met torentje, gebouwd. Ter plaatse van de vleugel op de noordoosthoek verrees een aanbouw in neorenaissancestijl waarin de keuken en op de verdieping de biljartkamer werden ondergebracht. Aan de voorgevel kwam boven het raam van de verdieping een uurwerkplaat. Daaronder het alliantiewapen Van 's-Gravensande - Van Heeckeren. In 1884 was het werk gereed. Het voorplein werd opnieuw ingericht. Het 17de-eeuwse bouwhuis werd afgebroken. Een beeld op een sokkel verdween en een achtkante theekoepel verscheen. In 1888 werd de brug naar het voorplein over de buitengracht vernieuwd. In 1897 werd Den Bramel verkocht. Koper was de uit Duitsland afkomstige Heinrich Thate. Zijn zoon Wilhelm Julius werd met de exploitatie belast. Bomen en bossen werden aangepland. Een nieuwe toegangslaan werd aan de zuidkant over de es aangelegd, rechtstreeks aanlopend op het huis. De moestuin achter het huis kreeg een ommuring. In de moestuin werden kassen en een oranjerie gebouwd (de laatste gesloopt in 1966). Het voorplein werd opnieuw ingericht en kreeg een elektrische lantaarn op bakstenen voet. Aan de oude oprijlaan werden een elektriciteitscentrale (voor de eigen verlichting, de korenmolen en de houtzagerij) en een houtschuur gebouwd. Rond de vijver in de noordwesthoek werd het bos gekapt en een open ruimte gecreëerd. Aan de oostkant van de buitenplaats werd de Almenseweg met een bocht naar het oosten verlegd. Op de zuidoostelijke punt kwam in 1907 een dienstwoning. In de loop van de 20ste eeuw is de openheid van het park door bebossing afgenomen.

Waardering van het complex

Het complex HISTORISCHE BUITENPLAATS DEN BRAMEL is van algemeen architectuur- en tuinhistorisch belang

* wegens de ouderdom

* wegens de architectuur van het hoofdgebouw

* wegens de cultuurhistorische en landschappelijk-visuele waarden

* wegens de goed bewaarde formele structuur van waterlopen, lanen en terrein direct rond het huis uit de 17de eeuw

* wegens de landschappelijke aanleg uit de 19de en vroeg 20ste eeuw met handhaving van de oudere structuur

* wegens de functionele en ruimtelijke relatie tussen de onderdelen van de buitenplaats

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Bijgebouw Kastelen, landhuizen en parken Bijgebouwen kastelen enz. oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Almenseweg 49 7251 HN Vorden Ja
Types
Hoofdcategorie Subcategorie Beschrijving Notitie
Kastelen, landhuizen en parken Bijgebouwen kastelen enz.
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
L 99 Vorden
Naar boven