Huis Ruurlo, Ruurlo
Omschrijving onderdeel 1:
HOOFDGEBOUW HUIS RUURLO (Ruurlo). Huis Ruurlo is een geheel omgracht, onderkelderd, rood bakstenen gebouw dat vanaf de 16de eeuw in verschillende fasen werd uitgebreid en dat als gevolg daarvan uit verschillende bouwvolumes bestaat. Het huidige front wordt gevormd door een rechthoekig bouwblok met een zware vierkante toren ter rechterzijde (zuid). Aan de achterzijde (oost) omsluiten verschillende vleugels en torens in diverse formaten en in verschillende bouwstijlen een centraal gelegen kleine binnenplaats, waaraan sinds 1984 de hoofdingang gelegen is. In de jaren 1727-1728 kreeg het gebouw zijn huidige vorm. Sinds 1984 is het in gebruik als gemeentehuis. Voorafgaand aan de nieuwe functie werd het in 1982-1983 gerestaureerd. De restauratie werd begeleid door architectenbureau Heineman-Vos-Ten Broeke B.V. uit Velp en uitgevoerd door de firma Woudenberg B.V. uit Zutphen.
De kern van het huidige hoofdgebouw, een rechthoekig, bakstenen gebouw van zeven vensterassen breed, bestaande uit twee bouwlagen en een kapverdieping onder een omlopend schilddak met geglazuurde, gesmoorde Oud-Hollandse pannen (aanwezige leiendak werd in 1982-1983 vervangen naar voorbeeld 19de-eeuwse foto's), dateert uit de 16de eeuw. De symmetrische voorgevel heeft een flauw risalerende middenpartij van drie traveeën breed, bestaande uit een decoratieve, met natuursteen beklede, wit gepleisterde middenas (XVIII a) met ingangspartij en venster omlijst door pilasterstellingen en bekroond door een opzetstuk met alliantiewapen (Van Heeckeren en Van Lynden) en klok. Ter weerszijden van de middenas smalle meerruitsvensters. De ingang bestaat uit dubbele glasdeuren met kleine roedeverdeling en is toegankelijk via een boogbrug (1708) en bordestrap begeleid door een eenvoudige smeedijzeren balustrade. In de voor- en linker (noord) zijgevel schuifvensters in empirestijl, op kelderniveau meerruits-tweelichten. Op het dak een houten klokkentorentje met open boogconstructie onder een vierzijdig koepeldak, gedekt door leien. De bel (1760), gemaakt door C.W. Voigt, slaat om het half uur. Hij wordt aangestuurd door een mechanisch torenuurwerk uit Parijs (ca. 1908). Aan de voorzijde voorts dakkapellen met gebogen fronton. Aansluitend aan de rechterzijde (zuid) van het bouwblok staat een zware toren op rechthoekige grondslag in renaissancestijl, bestaande uit twee bouwlagen en een zolder onder een vierzijdig afgeplat koepeldak, gedekt met leien en bekroond door een achthoekige, houten lantaarn. Op de daklijst is ter herinnering aan de bouw, of aan een verbouwing, het jaartal 1572 aangebracht. Hardstenen blokken markeren de hoeken en de vensteropeningen. Boven de vensters driehoekige, hardstenen frontons met schelpvulling. Horizontale hardstenen banden geleden de gevelvlakken. Bij de restauratie van 1982-83 zijn de empirevensters vervangen door schuifvensters met kleinere roedeverdeling. De gevelvlakken van de lantaarn op het dak zijn om en om voorzien van meerruitsvensters en velden met panelen met spiegelboogvormige beëindiging. Het achtzijdige, met leien gedekte koepeldak wordt bekroond door een ornamentele windwijzer met het alliantiewapen van Van Heeckeren en Van Lynden. Rond de lantaarn een eenvoudige ijzeren balustrade. De zuidelijke vleugel aan de achterzijde dateert uit de 17de of vroege 18de eeuw (tekening C. Pronk, 1732) en bestaat uit twee bouwlagen en een zolder onder een zadeldak, gedekt met geglazuurde, gesmoorde Oud-Hollandse pannen. De eindgevel (oost) wordt afgesloten door een 19de-eeuwse trapgevel. De gevels zijn voorzien van schuifvensters in empirestijl, ter hoogte van de kelder getraliede tweelichten met meerruitsramen. Bovenin de trapgevel een 'oeil de boeuf' en sierankers. Tegen de zuidzijde van de vleugel twee ranke torens onder een meerzijdig schilddak, gedekt met leien, die vermoedelijk in de 19de eeuw zijn toegevoegd voor het onderbrengen van sanitaire voorzieningen. In deze torens ranke spiltrappen met ornamentele, gietijzeren balustrade uit het einde van de 19de eeuw. Tegen de gevels van vleugel en torens steunberen tot halverwege de keldervensters. De noordelijke vleugel aan de achterzijde dateert eveneens uit de 17de of vroege 18de eeuw (tekening C. Pronk, 1732). Tegenwoordig bestaat dit deel uit twee bouwlagen onder een met geglazuurde, gesmoorde pannen gedekt zadeldak. De tweede bouwlaag werd in 1982-1983 toegevoegd naar voorbeeld van een tekening van C. Pronk uit 1732. De vleugel eindigt in een gedeeltelijk vrijstaande toren op rechthoekige grondslag, bestaande uit drie bouwlagen onder een helmdak, gedekt met leien en bekroond door een windvaan. Vleugel en toren zijn voorzien van vensters als in het hoofdblok.
Het interieur van huis Ruurlo is opmerkelijk gaaf bewaard gebleven. Het vormt een afspiegeling van de verschillende bouwfasen, met de nadruk op de 18de eeuw (barok en rococo). De historische afwerking van de vertrekken bestaat over het algemeen uit een 18de-eeuwse betimmering (soms met binnenluiken en vensterbanken), stucplafonds (18de en 19de eeuw), bovendeurstukken en schouwen met schoorsteenbetimmering en schoorsteenstuk (18de en 19de eeuw). De 18de-eeuwse stucplafonds zijn van hoge kwaliteit en veel ervan zijn gedateerd, de plafonds van de begane grond en verdieping in de zuidwestelijke toren in 1706, en de plafonds van een vertrek en een kabinet in de zuidelijke vleugel in 1717. Vermeldenswaard is ook het bijzondere, in hoogreliëf uitgevoerde rococo-stucplafond in de tegenwoordige trouwzaal (noordwesthoek). In hetzelfde vertrek bovendien een tegelkachel met voorstellingen van de Vestaalse Maagden. In de hal bijzonder grote marmeren platen op de vloer. In het souterrain voormalige keukens met ingebouwde kasten onder verschillende soorten gewelven. De hoofdtrap dateert vermoedelijk uit het begin van de 18de eeuw, maar is aan het einde van de 19de eeuw voorzien van een nieuwe balustrade met elegante gietijzeren balusters. In 1982-1983 is er een liftschacht aangebracht en zijn de voormalige keukens geschikt gemaakt als vergader- en kantineruimtes.
Waardering HOOFDGEBOUW HUIS RUURLO, behorend tot de historische buitenplaats Ruurlo is van algemeen cultuurhistorisch en architectonisch belang:
- Wegens de ouderdom;
- Wegens de bouw- en ontwikkelingsgeschiedenis, die representatief is voor veel middeleeuwse edelmanswoningen;
- Wegens de architectonische vormgeving, die het resultaat is van ca. 500 jaar uitbreiden en (ver)bouwen;
- Wegens de nagenoeg oorspronkelijke plattegrond en indeling;
- Wegens de gaaf bewaarde interieurafwerkingen uit de verschillende bouwfasen.
- Wegens de kenmerkende ligging binnen de oorspronkelijke 17de-eeuwse parkaanleg;
- Wegens de functioneel-ruimtelijke relatie met de andere onderdelen van de buitenplaats.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
HISTORISCHE BUITENPLAATS RUURLO
Aanvulling op de omschrijving In structuur en deels in detail gaaf bewaarde buitenplaats met HOOFDGEBOUW HUIS RUURLO(1), HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG uitbreiding (2), KOETSHUIS (3), TOEGANGSBRUG (4), ZONNEWIJZER OP SOKKEL (5), WATERMOLENCOMPLEX, BESTAANDE UIT EEN OLIEMOLEN (zuidzijde) EEN KORENMOLEN (noordzijde) en een STUW (6a, 6b en 6c), DOOLHOF (7), voormalige KOETSIERSWONING (8), HOUTLOODS (9), KOESTAL (10), voormalige CHAUFFEURSWONING (11), INLAAT (12) en HISTORISCHE STUW (13). De historische buitenplaats Huis Ruurlo ligt ten zuiden van het gelijknamige Gelderse dorp. Voor zover bekend gaat de geschiedenis van de buitenplaats tenminste terug tot 1326. Aanvankelijk was het goed in handen van het geslacht Van Roderlo. De familie Van Heeckeren nam het in 1404 over en zou het tot in de 20ste eeuw in eigendom houden, met een onderbreking van 1686 tot 1727 toen de familie Schimmelpenninck van der Oye eigenaar was. In 1978 verkochten zij het kasteel met het omringende park aan de gemeente Ruurlo, die er in 1984 het gemeentehuis in onderbracht. In verband met deze nieuwe bestemming werd het kasteel in de jaren 1982-1983 gerestaureerd onder leiding van het bureau Heineman-Vos-Ten Broeke B.V. uit Velp. Daarbij werd de noordelijke vleugel een verdieping hoger opgetrokken en werd er een lift geïnstalleerd. De historische interieurafwerkingen zijn integraal gehandhaafd en gerestaureerd. Het koetshuis werd eveneens gerestaureerd en opnieuw ingericht om tot gemeentewinkel te kunnen dienen. Daarbij is de oorspronkelijke afwerking verloren gegaan. Het omgrachte huis ligt centraal in een landschappelijk binnenpark dat in de 19de eeuw in verschillende fasen vorm heeft gekregen naar ontwerpen van de tuinarchitecten J.P. Posth (1801), J.D. Zocher jr. en L.P. Zocher (1868) en C.E.A. Petzold (1880). Het huis vormt met de omringende, tot landschappelijke waterpartij vergraven gracht het centrum van de compositie. De schoonheid van het omringende landschap is richtinggevend geweest voor de aanleg en erbij betrokken door het planten van strategische boomgroepen en het projecteren van zichtassen. De door Posth en de Zochers geschapen landschappelijke aanleg is zichtbaar op de Topografische Militaire kaart uit 1846. De in curven verlopende waterpartij die het binnenpark in de lengte doorsnijdt was in die tijd al aangelegd. Ook was direct ten noorden van de oprijlaan uit de 18de eeuw in het buitenpark een uitgestrekte wandeling met slingerbossen met doorzichten op in curven met hout omzoomde weilanden, zoals ook nu kan worden aangetroffen. Het doorzicht vanuit het binnenpark in westelijke richting over het weiland van het buitenpark, was toen wellicht al aanwezig, maar in ieder geval in 1918 (Bonnekaart). Ook was rond 1900 het doorzicht vanuit het huis en het binnenpark over de weilanden naar boerderij Pasman aangelegd. Deze visuele relatie tussen binnen- en buitenpark is thans nog aanwezig, zij het enigszins verschraald. De luchtfoto's van Ruurlo uit 1925 en 1937 geven een goede indruk van de oorspronkelijke kwaliteit van deze relatie. Op de weilanden stonden solitairen en boomgroepen die de doorzichten een grote perspectivische waarde meegaven. Tenminste tot 1937 stond er in de noordelijke arm van het park een oranjerie (1865) met ten zuiden daarvan een formeel perk met spiegelboogvormige beëindiging (luchtfoto's 1925 en 1937). De oranjerie is in de loop van de 20ste eeuw afgebroken. In verband met de herbestemming tot gemeentehuis zijn er in dit deel van het park twee parkeerplaatsen aangelegd, die bereikbaar zijn via een nieuw geslagen brug in het uiterste noorden van de aanleg. In de parkweide ten noorden van het kasteel werd een nieuwe oranjerie opgetrokken. Een tweede nieuwe brug verbindt de parkeerplaatsen met het zuidwestelijker gelegen, door water omsloten voorplein. De oorspronkelijke beslotenheid van dit deel van het park is door de aanleg van parkeerplaatsen en de daarmee samenhangende ingrijpende wijziging van de infrastructuur verloren gegaan. Andere veranderingen die in verband met de bestemming tot gemeentehuis zijn doorgevoerd, zijn het dichtplanten van enkele zichtassen, de ontmanteling van de op de as van de oprijlaan gelegen toegangsbrug, de (formele) inrichting van het voorplein en de verplaatsing van de hoofdingang naar de achterzijde. Om deze te bereiken is in de as van het huis een nieuwe brug geslagen over de landschappelijk vergraven gracht, naar voorbeeld van een tekening van Cornelis Pronk uit 1732. Ten zuiden van het hoofdgebouw ligt een voormalige omgrachte moestuin met boomgaard, welke tot in de 20ste eeuw in gebruik is geweest De tuin is anno 2001 sterk verwilderd, maar nog herkenbaar aan het slotenstelsel, restanten van een oude haag en enkele fruitbomen. In de noordelijke punt staat een zeer vervallen schuur/stal uit de tweede helft van de 19de eeuw. Ten zuiden van de moestuin ligt een oud deels door lanen omgeven rabattenbos, waarvan het profiel van rabatten met de er tussen liggende sloten zeer gaaf bewaard zijn gebleven. Dit bosgedeelte is in de eerste helft van de 19de eeuw aangelegd. In het westelijk deel van de aanleg ligt de grootste heggendoolfhof ter wereld. De doolhof werd aangelegd in opdracht van Sophia Wilhelmina van Heeckeren van Kell in 1885. Omstreeks deze tijd kregen de tussen de doolhof en de oprijlaan gelegen twee weilanden hun huidige met hout omlijste vorm en aanplant met enkele solitairen (eik). Rond 1900 was de parkaanleg nog veel groter dan het thans al relatief grote park. Versnippering in eigendom, aanleg van wegen en bouw van woningen hebben de samenhang en herkenbaarheid van deze oorspronkelijke aanleg verstoord.. Onder de bescherming valt de gehele oprijlaan (Vordenseweg), de hierboven omschreven aanleg ten noorden en zuiden van de oprijlaan inclusief de aanleg van het doolhof, het binnenpark, de moestuin en het rabattenbos, en het doorzicht vanuit het binnenpark over het weiland in zuidelijke richting naar de boerderij Pasman. Alle wijzigingen die het park na 1984, toen de laatste particuliere eigenaar kasteel en park aan de gemeente Ruurlo verkocht, heeft ondergaan, vallen buiten de bescherming. Ook de niet nader genoemde opstallen, waaronder een niet op zijn oude plaats herbouwde oranjerie, vallen buiten de bescherming.
Waardering
De HISTORISCHE BUITENPLAATS RUURLO is van algemeen cultuur-, architectuur-, en tuinhistorisch belang:
- Wegens de ouderdom;
- Wegens het gaaf bewaarde hoofdgebouw dat in verschillende fasen (16de, 17de, en 18de eeuw) tot stand kwam en als zodanig de bouw- en ontwikkelingsgeschiedenis van een in oorsprong 16de-eeuwse edelmanswoning illustreert;
- Wegens de gaaf bewaarde interieurafwerking van het hoofdgebouw, daterend uit de verschillende bouwfasen (16de t/m 18de eeuw) en uit de 19de eeuw, die representatief is voor de bouw-, ontwikkelings-, en bewoningsgeschiedenis van het huis;
- Wegens het landschappelijke park uit de 19de eeuw, dat in verschillende fasen tot stand is gekomen naar ontwerpen van de tuinarchitecten J.P. Posth (1801), J.D. Zocher jr. en L.P. Zocher (1868) en C.E.A. Petzold (1880);
- Wegens de bewuste integratie van het landschappelijke park in de landschappelijke structuur die de buitenplaats omringt en wegens de verbondenheid tussen beide door middel van zichtassen;
- Wegens het watermolencomplex;
- Wegens de doolhof;
- Wegens de samenhang van de verschillende onderdelen.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Kasteel | Kastelen, landhuizen en parken | Kasteel, buitenplaats | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Vordenseweg | 2 | – | 7261 LZ | Ruurlo | – | – | Ja |
Hoofdcategorie | Subcategorie | Beschrijving | Notitie |
---|---|---|---|
Kastelen, landhuizen en parken | Kasteel, buitenplaats | – | – |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | K | 3044 | – | Ruurlo |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1727 | 1728 | – | verbouwing |