Bouwen is vertrouwen: restaureren en levensloopbestendig wonen in een rijksmonument
Wat doe je als eigenaar van een monument, wanneer je wat meer op leeftijd raakt en het pand of de omliggende tuin na al die jaren toch wat te bewerkelijk wordt? Dan ga je op zoek naar een levensloopbestendige woning. Dat was ook wat Paul en Jenny Kok deden. En ze kochten vervolgens…een monumentale romp van een molen in Lochem!
Wij zagen mogelijkheden in behoud van de molen
Paul en Jenny bewoonden in Bronkhorst een door henzelf prachtig gerestaureerd rijksmonumentaal pand. Maar de tuin werd met het klimmen der jaren te bewerkelijk, dus besloten ze op zoek te gaan naar een levensloopbestendige woning. En toen kwam de Molen van Reudink in Lochem op hun pad. ‘Er was in Lochem onrust ontstaan, omdat de projectontwikkelaar de molen wilde slopen,’ vertelt Paul Kok. ‘Wij zagen mogelijkheden in behoud van de molen, niet om in te wonen, maar om her te bestemmen naar een multifunctioneel gebouw voor cursussen, vergaderingen en kleine concerten.’ Naast de molen was voldoende ruimte om ook nog een levensloopbestendig huis te bouwen, mooi gelegen aan het riviertje de Berkel.
‘De omwonenden stemden van harte in met ons voorstel
Kwaliteit bepalen en plannen maken
Paul en zijn vrouw konden gedurende twee weken bekijken of ze de molen inderdaad wilden gaan kopen. Paul vertelt: ‘Ik ben architectuur- en kunsthistoricus en kunstenaar. Ik heb heel wat bouw- en restauratieprojecten begeleid. Aan die ervaring heb ik ook nu weer veel gehad. In de weken dat we een optie op de molen hadden, hebben we goed gekeken naar de kwaliteit van de molen. Daarbij kreeg ik hulp van Tom Temmink van Het Oversticht. We kwamen tot de conclusie dat de constructie van de romp degelijk was en geen mankementen vertoonde. En het metselwerk uit 1798 was uitstekend en had door de eeuwen heen voor een goede vochthuishouding gezorgd. Maar er moest heel wat gesloopt worden, zoals de opbouw uit 1935 van maar liefst 100 ton. Ik maakte tekeningen voor de plannen voor de molen en voor de nieuwbouw van onze woning. Met die plannen ben ik ook naar mensen in de buurt gegaan. De omwonenden stemden van harte in met ons voorstel. Toen konden we definitief gaan kopen.’
Een rondje buitenom
De woning is meer dan energieneutraal
Grondwarmtepomp en zonnepanelen
Eind 2020 werd de koop beklonken, inmiddels is de levensloopbestendige en energieneutrale woning klaar. De woning is volledig opgetrokken uit hout en de isolatie is gedaan met schapenwol. Warmte en koeling krijgt de woning met een hypermoderne grondwarmtepomp met warmteterugwinning (WTW). De familie Kok koos voor de relatieve dure installatie van Nibe, omdat ze die het stilst vonden. De 44 zonnepanelen op het dak zorgen voor voldoende elektriciteit voor de woning en voor de molen. ‘De woning is meer dan energieneutraal. Op dit moment leveren we nog een aanzienlijke hoeveelheid elektriciteit terug aan het net. Tegen de tijd dat de saldering eraf gaat, zal die extra elektriciteit gebruikt worden voor de elektrische gevelradiatoren op de 1e, 2e en 3e verdieping van de molen.’
Slopen en doorverkopen: circulair waar het kan
Duurzaam restaureren
De betonnen vloer op de begane grond is voorzien van vloerverwarming en geïsoleerd met 20 centimeter tempex en dubbele wapening. Het roevendak op de romp is volledig geïsoleerd met PIR en de vloer op de begane grond is geïsoleerd met tempex. De ramen zijn voorzien van Stolker monumentenglas. ‘Dat is dubbel glas van 8 mm dikte, de buitenste glaslaag bestaat uit getrokken glas. Het ziet er goed uit en blijft ook goed. Het is heel netjes met monumentenkit in de kozijnen gezet. Dat is veel beter dan die ouderwetse stopverf.’
Voor bijzondere bouwmaterialen is het bouwdepot van de Monumentenwacht hier in Gelderland een vondst
Slopen en doorverkopen: circulair waar het kan
Paul heeft bij het restauratieproject niet alleen oog voor duurzaamheid, maar ook voor circulariteit. ‘Er zat in de molen zo’n 15 ton aan stalen balken van zeer goede kwaliteit, geproduceerd door Thyssen en Krupp. Die balken wegen per stuk 1000 kilo! Negen balken behielden een functie in de molen, maar we moesten er zes verwijderen. We hebben er een goede afnemer voor gevonden, die er een nieuwe bestemming voor had.’ Paul springt zuinig met alle materialen om. ‘We hebben voor voldoende daglicht op de 1e en 2e verdiepring ramen uitgehakt. Dat leverde zaken vol vechtformaten (steensoort, red.) uit 1798 op. Een deel hebben we gebruikt voor de opbouw van de derde verdieping. Er staan hier nu nog 12 zakken, die ik nog schoon moet bikken. Daarna kunnen ze weer gebruikt worden voor een ander restauratieproject.’ Er is een levendige handel in tweedehands bouwmaterialen. Paul weet na al die jaren redelijk goed de weg. ‘Je hebt de bekende handelaren, maar er zijn adresjes waar je goedkoper uit bent. Voor bijzondere bouwmaterialen is het bouwdepot van de Monumentenwacht hier in Gelderland een vondst.’
Bij een restauratieproject kom je wel vaker voor verrassingen te staan
Vakmanschap
Paul Kok is zeer te spreken over de verschillende mensen die voor hem gewerkt hebben. Van een zeer vakbekwame timmerman, tot de maker van het zinken dak en de leverancier van het moderne bliksemafleidersysteem (‘Wij zijn hier in Lochem toch wel een van de hoogste gebouwen.’) Paul is tevreden over de betrokkenheid. ‘Bouwen is vertrouwen,’ zegt hij daarover. ‘Het maakt qua vakmanschap niet zoveel uit of je nieuw bouwt of gaat restaureren. Je hebt voor beide vakmensen nodig die kwaliteit leveren. Maar bij een restauratieproject kom je wel vaker voor verrassingen te staan. Zo bleek bij de molen een deel van de oorspronkelijke muren dicht gepleisterd met cement. Dat is niet goed voor de vochtregulatie. Die laag heb ik er eigenhandig vanaf gebikt. Maar daar ben je dan zomaar weer een hoop tijd aan kwijt.’
Hier gaan we kleine voorstellingen organiseren
Volgend restauratieproject op komst
De verwachting is dat de restauratie van de molen van Reudink in 2023 is afgerond. Dan is er tijd om de molen in gebruik te nemen. Dat betekent opnieuw drukte. Want op de begane grond wacht het jacht van Paul en Jenny op onderhoud. Het Friese jacht uit 1891 is ook een monument te noemen. Paul vertelt: ‘Het is het oudere ‘zusje’ van het Friese Statenjacht en ontworpen door Eeltje Holtrop van der Zee.’ Op de een van de verdiepingen daarboven wil Paul, die ook de kunstacademie heeft afgerond, tekenlessen gaan geven. ‘En hier gaan we kleine voorstellingen organiseren,’ besluit Paul de rondleiding. ‘Hier staat de meer dan honderd jaar oude concertvleugel van mijn vader.’ De familie Kok rust nog lang niet op haar lauweren.