Na jaren weer een Eldorado
Het 17e eeuwse landgoed Hunderen in Twello, dichtbij Deventer, heeft onlangs een nieuwe bestemming gekregen. Ouderen krijgen daar een veilige woonplek met 24 uur zorg onder handbereik. Ton Runneboom en zijn vrouw Julia hebben veel tijd in de restauratie en herbestemming van het landgoed gestopt.
Het hoofdhuis van het landgoed dateert uit de 17e eeuw. Vele vooraanstaande families hadden het huis achtereenvolgens in bezit. In 1809 werd J. Kerkhoven eigenaar van landgoed Hunderen. De familie van deze eigenaar bezat theeplantages op Java, Hella Haasse schreef hierover het boek ‘Heren van de thee’. Daarin mijmert kleinzoon Rudolf over Hunderen: ‘Eldorado: zo had hij als kind (…) de buitenplaats van zijn grootouders Kerkhoven genoemd (…) Hunderen betekende voor hem vrijheid, een eigen wereld.’
Andere bestemming
De familie Runneboom heeft het landgoed al sinds 1976 in erfpacht van het Geldersch Landschap en Kasteelen. Tot in de jaren negentig was er een internaat voor kinderen van expats gevestigd, daarna werd het een groepsaccommodatie. Door de economische crisis werd de exploitatie als groepsaccommodatie moeilijk en bovendien was het landgoed aan een grondige restauratie toe. Ton Runneboom en zijn vrouw Julia pakten de uitdaging op om een nieuwe – rendabele- bestemming voor het landgoed te vinden, waarmee ze het landgoed weer toekomst konden geven. ‘Het landgoed werd al zo’n veertig jaar door onze familie geëxploiteerd, het was onze eer te na om het nu weer terug te geven aan het Geldersch Landschap. In juli 2009 verhuisden we terug vanuit Japan en kregen wat meer tijd. We hadden met elkaar afgesproken dat we dan samen een andere bestemming zouden gaan zoeken voor het pand. Dat werd een zoektocht van 2,5 jaar. We zochten naar een bestemming die het mogelijk zou maken dat we het pand volledig konden restaureren, zodat het weer enkele decennia mee zou kunnen. We overwogen van alles: van restaurant en conferentieoord tot woonlocatie.’
Het werd een zoektocht van 2,5 jaar
Toevallig
‘Restaureren begint met een visie. Je kan alleen restaureren als je ook weet wat de toekomstige bestemming van je pand is. Dan kan je ook anderen meenemen in je plannen. Uiteindelijk vonden we die bestemming vrij toevallig. Ik zat in een denktank over bio-based economy en daardoor had ik regelmatig contact met de provincie Gelderland. Zo ontdekte ik dat de provincie gelden beschikbaar had voor een monumentale energietransitie. Daar hebben we het Hunderen toen voor aangemeld. In dat project leerden we hoe we het landgoed konden verduurzamen. Met een architect en een aannemer die, naast verstand van restaureren ook ervaring hadden met duurzaamheidsmaatregelen, hebben we een aantal maatregelen genomen die moeten leiden tot een halvering van onze energiekosten ten opzichte van de tijd dat het Hunderen nog een groepsaccommodatie was. En dat voornamelijk door goede isolatie en overal ledverlichting aan te brengen.’
Maatregelen moeten leiden tot halvering van onze energiekosten
Appartementen met zorg onder handbereik
‘Door het duurzaamheidsproject kregen we intensieve contacten met de provincie. Daardoor kwam ook het programma voor herinrichting en hergebruik van landgoederen op ons pad. Dat bracht ons uiteindelijk op het idee om van het landgoed een zorginstelling te maken, waar mensen zelfstandig kunnen wonen, maar wel in een omgeving waar ze 24 uur zorg kunnen inkopen. Deze zorgbestemming past economisch precies en het sluit aan op de trend van langer thuis blijven wonen. Mensen wonen bij ons op het landgoed in een eigen appartement. We hebben in het hoofdhuis tien appartementen gerealiseerd en in het Grachtenhuis (het voormalige Koetshuis, red.) nog eens negen. Een lokale zorgorganisatie levert de benodigde zorgexpertise.’
Zorgbestemming paste economisch precies
Landgoed Hunderen
Draagvlak
Nadat een nieuwe bestemming was gevonden voor het landgoed heeft het toch nog 2,5 jaar geduurd voordat de bouwwerkzaamheden konden beginnen. Runneboom: ‘Je moet allerlei partijen meekrijgen in je plannen, de gemeente moest het bestemmingsplan aanpassen, de Rijksdienst moest onze plannen goedkeuren, we moesten de financiering rond krijgen. Ik denk dat we wel met zo’n twintig partijen om tafel hebben gezeten. Het enthousiasme was groot en iedereen werkte voluit mee. Maar het kost nu eenmaal veel tijd om iedereen op een lijn te krijgen en om bepaalde keuzes te maken. Zo hadden we bijvoorbeeld drie plafonds: uit 1640, 1740 en 1840. Uiteindelijk werd besloten dat we het zouden gaan restaureren naar de situatie van 1740. Dat soort keuzes vraagt om consensus en dat vergt dus tijd. Dat doe je niet op een achternamiddag. Mijn vrouw en ik hebben er wel zo’n 4000 uur inzitten. Mijn vrouw heeft zich met name ingezet voor de inrichting van het pand, goed afgestemd op de doelgroep die nu op het landgoed woont. Tegelijkertijd heeft ze ervoor gezorgd dat het monument weer volledig tot zijn recht komt.’
Het kost tijd om iedereen op een lijn te krijgen
Niet alleen het plannen maken kostte veel tijd, ook het rond krijgen van de financiering was een project op zich. Runneboom: ‘Wij hebben zelf een paar ton voor moeten financieren. In de planfase heb je nog geen toezeggingen van bijvoorbeeld fondsen en subsidiegevers, maar je moet wel tekeningen laten maken, historisch bouwonderzoek laten doen en er heel veel tijd in steken. De basis van de financiering van onze plannen komt uit het Gelders Monumentenfonds en daar bovenop hebben we nog een laagrentende financiering via het Restauratiefonds, de Restauratiefondsplus-hypotheek. Zonder de bijdrage uit het Gelders Monumentenfonds hadden we dit nooit van de grond gekregen.’
Zonder Gelders Monumentenfonds hadden we dit nooit van de grond gekregen
Gelders Monumentenfonds
Het Gelders Monumentenfonds is een revolverend fonds: hieruit worden leningen met een lage rente en een looptijd van twintig jaar verstrekt voor de financiering van restauratie, energiebesparing en herbestemming. Ieder jaar komt een deel van de uitgezette leningen terug in het fonds. Beschikbaar voor weer een volgend monument! Er zijn meer provincies en gemeenten die een dergelijk fonds hebben, medewerkers van het Restauratiefonds kunnen u hierover informeren.