Eenvoudig op terp gelegen en door kerkhof omsloten midden 19e eeuws eenbeukig KERKJE (jaartalankers 1850) dat is opgetrokken uit gele friese steen; het geheel is driezijdig afgesloten, wordt gedekt door een met blauwe pannen belegd zadeldak en bekroond door een torentje (apart monumentnummer 21488) van jonger datum (XIXc) met ingesnoerde naaldspits met torenhaan dat is uitgerust met gekoppelde galmgaten met deelzuiltjes. Het gebouw is aan de westzijde uitgerust met een dubbele paneeldeur met gietijzeren roosters waarvoor een vijf treden tellende niet meer authentieke trap; rondboogvensters met gietijzeren traceringen; beitelingen langs de geveltoppen; vergaarbakken op klosjes en staafankers. Interieur. De kerk bezit een eenvoudig gaaf 19e eeuws meubilair, orgel in fraai gesneden kas op galerij; preekstoel met rug en klankbord; doophek, banken.