Hegedyk 20, Gorredijk

Inleiding

De algemene BEGRAAFPLAATS werd aangelegd in 1926 naar een plan van aanleg van de gemeentearchitect C. van Wamel uit 1925; de oorspronkelijke tekeningen voor de aanleg tonen vermoedelijk twee varianten voor een beplanting, die inmiddels grotendeels is vernieuwd. Het graventerrein is opgehoogd met de uitgegraven grond uit de vijver en de omgrachting. Ter overbrugging van het niveauverschil tussen het pad rond de vijver en de begraafplaats in de strikte zin werd een bakstenen TRAP in expressionistische trant gemetseld. In 1942 werd de begraafplaats aan de achterzijde met een derde van het oppervlak vergroot, waarbij het klokhuis niet aan het eind, maar in het midden van de begraafplaats kwam te liggen. Het plan van deze uitbreiding was eveneens van de gemeentearchitect Chr. van Wamel. De vergroting van de begraafplaats betekende een uitbreiding met vier perken; de grootte en ordening daarvan sluit nauw aan bij de bestaande aanleg. De uitbreiding werd op last van de bezetters stilgelegd en pas in 1946 hervat om in 1947 in gebruik te worden genomen. De vroegste begraving op dit gedeelte van het terrein dateert uit 1947. De grafmonumenten zijn van lokaal-genealogische belang en worden niet van rijkswege beschermd. De aanleg van de voortuin is nog herkenbaar, maar de symmetrie is verbroken door de bouw van een aula met columbarium. Ondanks de wijzigingen in de beplanting en enkele paden is een dergelijke eenvoudige, maar uitgebalanceerde aanleg in Friesland dermate zeldzaam dat bescherming daarvan gerechtvaardigd is.

Omschrijving

De inrichting van het begraafplaatsterrein is symmetrisch in de lengterichting. De aanleg bestaat uit de aanleg van een wandeltuin rondom een uitgegraven vijverpartij en de oorspronkelijke begraafplaats met acht perken; het padenbeloop is bevloerd met schelpen. Ter overbrugging van het niveauverschil tussen het pad rond de vijver en de begraafplaats in de strikte zin werd een bakstenen trap gemetseld met een naar buiten krullende bakstenen balustrade. Tot de oorspronkelijke beplanting behoren nog enkele taxusbomen rondom de vijver; de overige beplanting is van jongere datum: aan weerszijden van het toegangshek zes kastanjebomen, rondom de begraafplaats een beukenhaag met eikebomen. Het oudste gedeelte van de begraafplaats bestaat uit acht grasperken met graven; het nieuwe gedeelte bestaat uit vier perken met grafrijen in het gras en smalle paden daartussen. Aan de grens van de wandeltuin en de begraafplaats is een gesnoeide coniferenhaag met een driehoekige doorsnede. Langs de paden van de nieuwe uitleg, die uitkomen op het baarhok staan gesnoeide en ongesnoeide taxushagen en op de kruisingen conisch gesnoeide coniferen.

Waardering

De aanleg van de Gemeentelijke begraafplaats en trap uit 1926 en 1942/46 is van algemeen cultuurhistorische en landschappelijke waarde:

- vanwege de redelijke mate van esthetische kwaliteit van het ontwerp,

- vanwege de redelijke mate van structurele en visuele gaafheid van de aanleg,

- vanwege de hoge mate van esthetische kwaliteit van de trap,

- vanwege de hoge mate van continuïteit in de stijl van aanleg,

- vanwege de redelijke tot hoge mate van gaafheid van de individuele objecten van het complex, waardoor de ensemblewaarde wordt versterkt.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
513155
Complexnaam
-
Provincie
Gemeente
Plaats
Complexomschrijving

Inleiding

Het complex van de algemene BEGRAAFPLAATS bestaat uit de AANLEG zelf, het KLOKHUIS annex voormalig baarhuisje en een TOEGANGSHEK, alle oorspronkelijk uit 1926; de begraafplaats werd uitgebreid in 1942/46, waarbij gelijktijdig het klokhuis werd vergroot. De gebouwde elementen zijn alle in expressionistische trant ontworpen, de begraafplaats heeft een formele aanleg. In 1920 verzocht de begrafenisvereniging 'De Laatste Eer' de gemeente Opsterland om, in verband met de slechte situatie op het kerkhof van Gorredijk, om een nieuwe begraafplaats te stichten. In 1926 werd een perceel aangekocht uit de pastoriegoederen van de Hervormde gemeente van Kortezwaag, dat gedeeltelijk als begraafplaats zou worden ingericht. Het terrein ligt ten westen van en buiten de bebouwde kom van Gorredijk. In 1925 had de gemeentearchitect C. van Wamel daarvoor reeds een plan van aanleg ontworpen. Op de tekeningen van de vergroting van het baarhuis (1942) is ook de bestaande toestand weergegeven, een tekening van het toegangshek is niet voor handen. De inrichting van het begraafplaatsterrein is eenvoudig en symmetrisch in de lengterichting. De oorspronkelijke aanleg bestond voor tweederde uit een parkachtige aanleg rondom een uitgegraven vijverpartij en de eigenlijke begraafplaats met acht perken; het padenbeloop was bevloerd met schelpen. De aanleg van de voortuin is nog herkenbaar, maar de symmetrie is verbroken door de bouw van een aula met columbarium. Ter overbrugging van het niveauverschil tussen het pad rond de vijver en de begraafplaats in de strikte zin werd een bakstenen trap gemetseld met een naar buiten krullende bakstenen balustrade. Het graventerrein is opgehoogd met de uitgegraven grond uit de vijver en de omgrachting. In 1942 werd de begraafplaats aan de achterzijde met eenderde van het oppervlak vergroot naar ontwerp van de gemeentearchitect Chr. van Wamel. Deze uitbreiding werd op last van de bezetters stilgelegd en pas in 1946 hervat om in 1947 in gebruik te worden genomen. De vroegste begraving op dit gedeelte van het terrein dateert van 1947. In 1946 is bij de entree aan de rand van de centrale vijverpartij een monument opgericht ter herdenking van de gevallenen in de tweede Wereldoorlog, vervaardigd door N.H. van der Kruk uit Bussum, voorstellend een gevallen verzetsstrijder. Dit monument valt buiten de bescherming van rijkswege wegens geringe artistieke waarde. In de zeventiger jaren van deze eeuw is bij de entree van de begraafplaats een nieuwe aula met columbarium gebouwd; deze valt eveneens buiten bescherming van rijkswege, wegens geringe architectonische waarde.

Waardering

Het complex de begraafplaats te Gorredijk, bestaande uit klokketoren en hekwerk, werd aanglegd in 1926. Het complex is van algemeen cultuurhistorisch belang:

- vanwege de toegepaste stijlmotieven ontleend aan de Amsterdamse School,

- vanwege de redelijke mate van esthetische kwaliteit van het ontwerp;

- vanwege de redelijke mate van structurele en visuele gaafheid van de aanleg,

- vanwege de redelijke tot hoge mate van gaafheid van de individuele objecten van het complex, waardoor de ensemblewaarde wordt versterkt.

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Begraafplaats Uitvaartcentra en begraafplaatsen Begraafplaats en -onderdelen oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Hegedyk 20 8401 BJ Gorredijk BY Ja
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
G 515 Gorredijk
Ambachten
Name Beroep Notitie
Wamel, Chr. van ; Drenthe architect / bouwkundige / constructeur
Naar boven