Maria, Heiloo
Inleiding
GENADEKAPEL met ATRIUM en WATERPUT 'Runxputte' gebouwd in 1930 naar ontwerp van Jan Stuyt als onderdeel van het bedevaartscomplex 'Onze Lieve Vrouwe ter Nood'. De opzet is geheel symmetrisch. De zogenaamde Runxputte van Oesdom, zoals de plek vanouds heet, wordt al sinds de middeleeuwen beschouwd als heilig oord. De put wordt sinds 1713 ook Mariaput genoemd. In dat jaar begon op het feest van Maria Onbevlekt Ontvangen de put na lange droogstand weer water geven. De put werd hierdoor het doel van vele pelgrimages. De Mariaput staat centraal in de voorhof met een pelgrimspad rondom.
Omschrijving
De Genadekapel is een zaalkerk met rechte blinde achtergevel (N) bekroond door een open klokkestoel in dezelfde Nivelsteiner breuksteen als de gevels. De achtergevel heeft in ruitvormig tegeltableau de tekst: 'Door Maria tot Jezus'. De voorgevel bestaat uit een risalerend voorportaal met grote boogvormige opening onder zadeldak. Het voorportaal leidt naar de hoofdingang onder zware latei. Ter weerszijden van de ingang zijn even boven vloerniveau twee stenen aangebracht met de stichtingsdata in inscriptie. De met een Latijns kruis bekroonde geveltop van de voorgevel heeft een rond venster met glas-in-lood. De beide zijgevels hebben vier traveeën die door getrapte steunberen van elkaar worden gescheiden. Elke travee heeft twee gebogen vensters met glas-in-lood. Het muurwerk heeft een uitgemetselde sokkel en is opgetrokken in Nivelsteiner breuksteen met brede voeg en lichtgele mergelblokken boven vensters en doorgangen. Het zadeldak heeft lei in Rijndekking. De voorgevel ligt aan de voorhof, die een vierkant maakt om de ronde, uit breuksteen opgemetselde Mariaput. De voorhof wordt gevormd door een met rode tegels geplaveide omgaande galerij. Deze galerij is aan de buitenzijde opgetrokken in rode baksteen, gemetseld in Vlaams verband. De galerij wordt overdekt door een omgaand zadeldak op stijlen die aan de buitenzijde op het muurwerk rusten en aan de hofzijde doorlopen tot het maaiveld. In de hoofdas heeft de galerij een gebogen doorgang onder dwarskap. Boven de doorgang staat de tekst: "Als ge mij gaat eren - zal de wind gaan keren". De galerij wordt ook in de hoeken ontsloten. In de galerij hangt een kruisweg in tekeningen van de hand van Jan Toorop uit 1917-1918. De kerkvloer is belegd met vierkante plavuizen. De kapstoel is open. Per travee overspant een gemetselde rondboog de ruimte. Twee rijen banken staan naar het noordelijk Maria-altaar gericht. De communiebank is vervaardigd door Nico Witteman. De ex-votokast is van de hand van Koldewij. Het Maria-beeld is in 1908 gemaakt door Hans Mengelberg en in 1923 beschilderd. De zijmuren bestaan uit mergelblokken die onder de ramen zijn beschilderd door han Bijvoet in 1930 en 1941. De taferelen op de linkermuur stellen voor van links naar rechts: de opdracht in de tempel; de geboorte van Christus; de Visitatie. De rechterwand bevat van links naar rechts: de kroning van Maria; de kruisiging; de onderwijzing in de tempel. De achterwand (N) vertoont centraal het hemels gastmaal en vlakken met onder andere Maria koningin van de vrede; hulp der zieken; Onze Lieve Vrouw ter Nood. In de kerkruimte hangen twee kronen.
In de tuin ligt langs beide lange zijden en langs de achterzijde een omgaand pelgrimspad, verwijzend naar het oude gebruik om pelgrims op de knieën rond de kapel te laten gaan.
Waardering
De Genadekapel met atrium en waterput 'Runxputte' is van algemeen belang wegens cultuur- en architectuurhistorische waarde als historisch functioneel onderdeel van het complex 'Onze Lieve Vrouwe ter Nood'.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Inleiding
COMPLEX 'Onze Lieve Vrouw ter Nood', een bedevaartsoord bestaande uit een AANLEG (1912) met TOEGANGSHEK aan de Kapellaan (1), een Calvarieberg (1912) (2), een BEDEVAARTSKERK (1913)(3), KRUISWEGSTATIES (1915)(4), een GENADEKAPEL (1930) met ATRIUM en WATERPUT (5), een WILLIBRORDUSBEELD(6), een RUSTALTAAR (7)en een TOEGANGSPOORT aan de Runxputteweg (8). De oorsprong van het bedevaartsoord met in het bijzonder de Mariaverering gaat terug tot in de middeleeuwen. Reeds in 1409 was sprake van een stenen kapel die in 1573 bij het beleg van Alkmaar werd verwoest. Vanouds lag voor de voormalige kapel een waterput, de Runxputte genaamd, die in 1713 op het feest van Maria Onbevlekt Ontvangen plotseling weer volop water gaf en sindsdien ook Mariabron wordt genoemd. Gedurende de zeventiende en achttiende eeuw zijn bedevaarten naar de put van overheidswege tegengewerkt en in 1830 definitief verboden. In 1902 kocht de pastoor van Heiloo het vroegere bedevaartsterrein en drie jaar later zijn de Runxputte en de fundamenten van de kapel teruggevonden. Dit leidde tot een hernieuwde bloei van het bedevaartsoord.
N.B. De ontmoetingsruimte uit 1994 aan de noordrand van het terrein valt buiten de bescherming
Omschrijving
In 1912 is begonnen met de parkachtige AANLEG van het rechthoekige bedevaartsterrein (circa 120 x 425m.) in Engelse landsschapsstijl. Het bedevaartsterrein bevindt zich tussen de Runxputteweg, Hogeweg en de Kapellaan. Aan de Kapellaan bevindt zich een entree tot het terrein gemarkeerd door een TOEGANGSHEK. Om de grote toeloop van bedevaartgangers op te kunnen vangen is allereerst een noodkerk als BEDEVAARTSKERK gebouwd. Vanaf de bedevaartskerk leidt een slingerend bospad langs dertien als kleine kapellen gebouwde KRUISWEGSTATIES uit 1915 en een in 1912 opgerichte CALVARIEBERG als twaalfde statie in de zuidoosthoek. In 1930 is in de noordwesthoek op de fundamenten van de oude kapel de GENADEKAPEL gebouwd met daarvoor een ATRIUM rond de WATERPUT 'Runxputte'. Tot het complex 'Onze Lieve Vrouwe ter Nood' behoren verder een WILLIBRORDUSBEELD, een RUSTALTAAR en een TOEGANGSPOORT aan de Runxputteweg. De diverse gebouwen op het terrein zijn ontworpen door architect Jan Stuyt.
Waardering
COMPLEX 'Onze Lieve Vrouwe ter Nood', een bedevaartsoord bestaande uit een AANLEG met TOEGANGSHEK aan de Kapellaan, een BEDEVAARTSKERK (1913), een CALVARIEBERG (1912), KRUISWEGSTATIES (1915), een GENADEKAPEL (1930) met ATRIUM en WATERPUT 'Runxputte', een WILLIBRORDUSBEELD, een RUSTALTAAR en een TOEGANGSPOORT aan de Runxputteweg. Het complex is van algemeen belang uit cultuur- en architectuurhistorisch oogpunt als gaaf bewaard gebleven voorbeeld van een rooms-katholiek bedevaartsoord uit de eerste helft van de twintigste eeuw in het westen van Nederland.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Bedevaartkapel | Religieuze gebouwen | Kapel (F) | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Kapellaan | 148 | – | 1851 PE | Heiloo | – | – | Ja |
Hoofdcategorie | Subcategorie | Beschrijving | Notitie |
---|---|---|---|
Religieuze gebouwen | Kerk en kerkonderdeel | – | Zaalkerk |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | E | 1365 | – | Heiloo |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1930 | 1930 | – | vervaardiging |