Prins Bernhardstraat 2, Nijmegen
Inleiding
Rijtje van vier HERENHUIZEN met HEKKEN, in 1909 gebouwd naar ontwerp van architect F. Ludewig met stijlinvloeden van de Hollandse neorenaissance. Het gevelontwerp van het gehele rijtje is min of meer spiegel-symmetrische opgezet volgens het schema a/b/b/a. De tweebeukige huizen hebben elk afzonderlijk een asymmetrische opzet met onderling een grote variatie in de detaillering en ornamentiek. Het rijtje van vier herenhuizen vormt een groot deel van de aaneengesloten westelijke gevelwand van de Prins Bernhardstraat, tussen de Oranjesingel en de Bijleveldsingel, en maakt derhalve onderdeel uit van de zogenaamde "19de eeuwse gordel" van Nijmegen. Deze stadsuitleg met singels uit de periode 1880-1920 is als stadsbeeld beschermd.
De afscheiding van de voortuinen door smeedijzeren HEKKEN is karakteristiek voor dit gebied.
Omschrijving
Rij van vier onderkelderde HERENHUIZEN met drie bouwlagen en plat dak. De derde bouwlaag is aan de voorzijde voorzien van een doorgaand dakschild dat uiterst links en rechts wordt begrensd door een getrapte gevel. Dit steile dakschild is gedekt met rode verbeterde Hollandse pannen en watert af via een bakgoot op bewerkte houten consoles. De gootlijst wordt onderbroken door vier grote topgevels (elk huis één) en twee kleine Vlaamse gevels (nummers 4 en 6). Achter de grote topgevels gaan met pannen gedekte aankappingen schuil. In plaats van een Vlaamse gevel hebben de nummers 2 en 8 een houten dakkapel met plat dak. De VOORGEVEL van de vier huizen gezamenlijk is spiegel-symmetrisch ingedeeld volgens het schema a/b/b/a. De erker met het balkon van nummer 4 doorbreekt als enige element de symmetrie en is vermoedelijk niet origineel. De huizen zijn tweebeukig en hebben elk afzonderlijk een asymmetrisch opgezette voorgevel: één beuk met het ingangsportiek en één beuk met erkers en afsluitende topgevel. De bakstenen gevel met trasraam is in kruisverband gemetseld. De horizontale geleding bestaat uit drie speklagen van wit pleisterwerk ter hoogte van respectievelijk de lekdorpels in de eerste en tweede bouwlaag en de bovendorpels in de tweede bouwlaag. Het merendeel van de uitgespaarde gevelopeningen is rechthoekig van vorm. De vensterkozijnen zijn vlak in de gevel geplaatst en voorzien van geprofileerde kroonlijsten en dito lekdorpels. De (schuif- en draai-) ramen hebben een weldorpel en in enkele gevallen nog transparant glas-in-lood. De bovenlichten hebben een roedenverdeling en/of zijn voorzien van gekleurd glas-in-lood.
- In de eerste bouwlaag hebben de nummers 2;2a en 8 elk een breed en rechtgesloten ingangsportiek met kroonlijst, en een brede houten erker met plat dak. De nummers 4 en 6 hebben beide in de ene beuk een smaller ingangsportiek met getoogd bovenlicht en gepleisterde omlijsting met vertanding en een flankerend venster met tweedelig glas-in-lood bovenlicht. In de andere beuk bevindt zich onder een lateibalk een inpandige erker die niet buiten de gevellijn treedt (nummer 6). De erker van nummer 4 is vermoedelijk niet origineel. De originele paneeldeuren hebben glas in het bovenpaneel.
- In de tweede bouwlaag hebben de nummers 2;2a en 8 boven de ingang elk een boogvormig afgesloten loggia met smeedijzeren hek en paneeldeur tussen meerruits zij- en bovenlichten. In de andere beuk van deze huizen bevinden zich twee vensters met tweedelig bovenlicht. Het bovenlicht heeft zesruits ramen. De onderramen zijn met elkaar verbonden door een kleine tweezijdige erker. Deze erker rust op uitkragend metselwerk en wordt afgesloten door een tweezijdig dakje. De nummers 4 en 6 hebben beide boven de ingang een driezijdige houten erker met plat dak. Ook deze erkers rusten op uitkragend metselwerk. In de andere beuk van deze huizen bevinden zich twee vensters met tweedelige bovenlichten die met elkaar verbonden zijn door een tweezijdige erker (vergelijk nummers 2;2a en 8). Bij nummer 4 heeft de erker plaats gemaakt voor een balkondeur.
- In de derde bouwlaag hebben de vier huizen alle een grote topgevel. De topgevels van de nummers 2;2a en 8 zijn uitgevoerd als trapgevel waarin een samengesteld venster. De topgevels van de nummers 4 en 6 zijn uitgevoerd met schouders en een uitgezwenkte top. Deze topgevels zijn voorzien van baksteenvlechting, tondi met hartmotieven en twee gekoppelde vensters met bovenlichten. De flankerende Vlaamse gevels hebben eenzelfde venster en worden boogvormig afgesloten. De veel soberder uitgevoerde ACHTERGEVEL is in kruisverband gemetseld en wordt horizontaal geleed door rollagen. Aan de bovenzijde wordt de gevel afgesloten door een op bewerkte houten consoles rustende bakgoot. Het merendeel van de uitgespaarde gevelopeningen betreft enkelvoudige of gekoppelde vensters met bovenlichten, en dubbele balkon- en tuindeuren met zij- en bovenlichten. De opzet van de achtergevel is symmetrisch. De huizen hebben een over drie of twee bouwlagen opgetrokken bakstenen uitbouw met plat dak, en een uitgebouwde serre met overdekt balkon. De stijlen, standvinken en hekwerken van de balkons zijn bewerkt. Enkele ramen en deuren in de achtergevel zijn gewijzigd. Voorts is het balkon van nummer 6 dichtgezet met glas. Bovendien zijn enkele éénlaags uitbouwen niet oorspronkelijk. De RUIMTELIJKE INDELING van de tweebeukige huizen bestaat in hoofdlijnen uit verkeersruimten (vestibule, gangen, trappen) in de ene beuk en woonvertrekken (kamers en suite, slaapkamers) in de andere beuk. Prins Bernhardstraat 8 is niet bezocht. In de overige huizen is een groot aantal oorspronkelijke INTERIEURELEMENTEN bewaard gebleven, zoals paneeldeuren met doorgestoken en bewerkte kozijnstijlen; schuifdeuren tussen de kamers en suite en de serre; houten (bordes)trap met gedraaide spijlen, bewerkte trappaal, geprofileerde handlijst en lichtkoepel met glas-in-lood; vlakke stucplafonds met een geometrische indeling: brede banden met groeven, smalle lijsten en rozetten in de vorm van rechthoeken, ruiten, cirkels, vierpassen); parket- en terrazzovloeren; natuurstenen schoorsteenmantels.
De voortuinen worden afgescheiden door smeedijzeren HEKWERKEN. De hekken zijn een samenstel van rechthoeken (twee regels en twee spijlen, opgevuld met gevlochten draad) bevestigd tussen stijlen met omgekrulde uiteinden. De hekekn zijn geplaatst op een gemetseld muurtje met rollaag.
Waardering
Rijtje HERENHUIZEN met HEKKEN uit ca. 1910.
- Van architectuurhistorische waarde als goed en gaaf voorbeeld in opzet en detaillering van een rij herenhuizen met stijlinvloeden van de Hollandse neorenaissance. Het object valt op door hoogwaardige esthetische kwaliteiten, zoals het gevarieerde materiaalgebruik, de rijke en afwisselende ornamentiek. De interieurs zijn in hoofdlijnen goed bewaard gebleven (nummer 8 is niet bezocht). Het rijtje herenhuizen is een representatief werk van architect F. Ludewig.
- Van stedenbouwkundige waarde als onderdeel van de als stadsbeeld beschermde zogenaamde "19de eeuwse gordel" van Nijmegen. Karakteristieke elementen van deze stadsuitleg (1880-1920), zoals aaneengesloten gevelwanden met afwisselend erkers, balkons, topgevels, dakkapellen en voortuinen met hekwerken, zijn ook bij onderhavige rij van vier herenhuizen aanwezig.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Woonhuis | Woningen en woningbouwcomplexen | Woonhuis(K) | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Prins Bernhardstraat | 2 | – | 6521 AB | Nijmegen | – | – | Ja |
Prins Bernhardstraat | 2 | A | 6521 AB | Nijmegen | – | – | – |
Prins Bernhardstraat | 4 | – | 6521 AB | Nijmegen | – | – | – |
Prins Bernhardstraat | 6 | – | 6521 AB | Nijmegen | – | – | – |
Prins Bernhardstraat | 8 | – | 6521 AB | Nijmegen | – | – | – |
Hoofdcategorie | Subcategorie | Beschrijving | Notitie |
---|---|---|---|
Woningen en woningbouwcomplexen | Woonhuis(K) | rij van vier | Herenhuis |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | B | 3928 | – | Nijmegen |
– | B | 3930 | – | Nijmegen |
– | B | 3929 | – | Nijmegen |
– | B | 3927 | – | Nijmegen |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1909 | 1909 | – | vervaardiging |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
Ludewig, F.A. ; Gelderland | architect / bouwkundige / constructeur | – |