Warnsveldseweg 107, Zutphen

Redengevende omschrijving onderdeel 4

POORTGEBOUW met HEKWERK (1902) naar ontwerp van de architect Ludewig uit Arnhem in overgangsarchitectuur, gebouwd als entreegebouw voor de Katholieke Begraafplaats met doodgravers woning en wachtkamer. Het poortgebouw is gesitueerd aan de Warnsveldseweg.

Het poortgebouw met rechthoekige plattegrond bestaat uit een hoog, licht risalerend middendeel afgesloten door een achtzijdig tentdak gedekt met gesmoorde kruispannen met op de begane grond een rondboogvormige doorgang afgesloten door een smeedijzeren hekwerk. Het tentdak wordt bekroond door een houten koepelvormige dakruiter. Aangekapt aan het middendeel bevindt zich aan weerszijden een lager eenlaags bouwvolume, afgesloten met een zadeldak aan de voorzijde gedekt met kruispannen. De kap van het linker bouwvolume is hoger dan dat van het rechter bouwvolume. De gevels met licht risalerend trasraam, afgesloten door een afgeschuinde rollaag, zijn opgetrokken in kruisverband versierd met geglazuurde baksteenbanden (koppen- en streklaag).

Op de begane grond van het CENTRALE BOUWDEEL bevindt zich de rondboogvormige doorgang met natuurstenen aanzetsteen. Aan weerszijden bevindt zich een kleine, smalle, staande raamopening met natuurstenen lekdorpel en latei. De voor- en de achtergevel van het centrale bouwdeel is voorzien van drie spaarvelden afgesloten door een natuurstenen rondboogfries. In de buitenste brede spaarvelden bevindt zich een rechthoekig raam met roedenverdeling afgesloten door een natuurstenen latei waarboven een rollaag. Het centrale gesitueerde blinde spaarveld wordt afgesloten door twee rondbogen in plaats van drie. De rondbogen zijn voorzien van Christelijke symbolen met aan de voorzijde van links naar rechts: vis, twee kruisjes, alpha en omega, Chi Rho-teken en anker. Aan de achterzijde: een duif, alziend oog, een hand en centraal geplaatst het bouwjaar '19' en '02'. De afgeschuinde hoeken zijn voorzien van natuursteen, gedecoreerd met wijdingskruisjes. De gevels van dit bouwdeel worden beëindigd door een tandlijst, een geglazuurde koppenlaag en een keellijst. Door de afgeschuinde hoeken van de gevels is een achtzijdig grondplan ontstaan voor het evenzoveel dakvlakken tellende tentdak. Het koepeltje op de kruin rust op een overhoeks geplaatste voet. De kepers van het dak zijn bekleed met zinkslabben

De binnenmuren van de poort, waar zich op de hoeken schampstenen bevinden, bevatten in het trasraam ventilatieroostertjes en een verhoogde paneeldeur met kraalprofiel. Deze wordt voorafgegaan door een gemetseld trapje. Het kozijn bevat natuurstenen neuten en dito dorpel. De deur wordt ontlast door een rollaag en streklaag. De rechterzijde van de doorgang bevat aan de poortzijde een identieke deur. De deur aan de zijde van de grafvelden is soortgelijk maar breder en in zes panelen onderverdeeld. Tussen beide deuren bevindt zich een (modern) raam waarvan het kozijn rust op een rollaag en boven eveneens wordt afgesloten door een rollaag boven een metsellaag. De zoldering van de poort bestaat uit een balkenplafond met kraalprofieldelen. In de poortdoorgang bevindt zich een smeedijzeren DRAAIHEK met Jugendstilvormen. De twee openslaande vleugels van het hek worden over een in het klinkerpad gelegde rails geleid. De spijlen van het hek lijken met draad omwonden en worden door een gestileerde lelie om en om bekroond die onderling door sierlijke takken zijn verbonden.

In de voorgevel van het LINKER BOUWVOLUME bevindt zich een niet oorspronkelijk raam afgesloten door een latei waarboven een segmentboog. De boogtrommel bestaat uit sier metselwerk. In het rechter bouwvolume bevindt zich een gekoppeld raam dat op eenzelfde wijze aan de bovenzijde wordt afgesloten. In de linker zijgevel van het linker bouwvolume bevindt zich links een kelderraampje, waarboven aan weerszijden van het uitgemetselde, door uitkragende consoles ondersteunde, rookkanaal twee identieke draairaampjes zonder segmentboog. De schoorsteen is uitgerust met een geglazuurde sierband en hoger aangebracht overhoeks geplaatste siermetselwerk. De achtergevel van dit deel is voorzien van een aanbouw met doorgetrokken zadeldak. De achterzijde van het rechter bouwvolume is voorzien van een dubbele deur. De rails waarover deze naar buiten werd geleid is nog in het, in keperverband belegde klinkerpad aanwezig. De linkerhoek is met een soort steunbeer evenwijdig aan de gevel geplaatst, versterkt. In de rechter zijgevel komen drie steekraampjes voor en een dubbele geglazuurde sierband ter hoogte van de bovendorpel. Onder de puntgevel is een rondvenster geplaatst, waarin een lekdorpel, omgord door een rollaag.

In het nauwelijks gewijzigde eenvoudige INTERIEUR zijn van de oorspronkelijke onderdelen hoofdzakelijk de paneeldeuren bewaard gebleven. In de linker vleugel bevindt zich een kelder met troggewelven. Van de rechtervleugel zijn enkele ruimten afgetimmerd met board.

Waardering POORTGEBOUW met HEKWERK (1902) van algemeen belang:

- Als goed en gaaf voorbeeld van een traditioneel poortgebouw in Overgangsarchitectuur van rond 1900

- Vanwege de zorgvuldige detaillering, materiaalgebruik en constructie.

- Vanwege de situering en markering van de entree tot het katholieke deel van de begraafplaats.

- vanwege de herinnering aan het besluit van de katholieke geloofsgemeenschap zorg te dragen voor het eigen gedeelte van de begraafplaats.

- Vanwege de typologie van het gebouw van belang voor de Nederlandse grafcultuur, waar de functie van doodgraverswoning, wachtkamer en koetshuis is gecombineerd.

- Vanwege de functioneel ruimtelijke relatie van het poortgebouw met de overige complexonderdelen, de katholieke begraafplaats in het bijzonder.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
523404
Complexnaam
Begraafplaats
Provincie
Gemeente
Plaats
Complexomschrijving

COMPLEXOMSCHRIJVING

Inleiding Algemene en katholieke BEGRAAFPLAATS bestaande uit

1 aanleg

2 houten poortgebouw algemene begraafplaats

3 baarhuisje algemene begraafplaats

4 stenen poortgebouw katholieke begraafplaats

In een Koninklijk Besluit uit 1827 werd bepaald dat op 1 januari 1829 gemeenten met meer dan 1000 zielen over een begraafplaats buiten de bebouwde kom moesten beschikken. Als gevolg van dit besluit gaf de gemeente Zutphen in 1829 opdracht aan de architect J.P. Posth (1763-1831) uit Arnhem toe te zien op de werkzaamheden voor een nieuwe begraafplaats. Na terugtrekking van de architect wordt in hetzelfde jaar J.D. Zocher jr. (1791-1870) benaderd met het verzoek een nieuwe begraafplaats te ontwerpen gelegen op het voormalig Galileënkamp aan de straatweg naar Warnsveld.

De AANLEG (1) van de begraafplaats kenmerkt zich door een drietal eilanden omgeven door water met op de eilanden de grafvelden. Om de eilanden heen loopt een rondwandeling. Van oorsprong had de begraafplaats naast de functie van begraafplaats bedoeld voor het begraven van overledenen, eveneens een recreatieve functie. Zocher wilde met zijn ontwerp de wandelaar behagen en nam de begraafplaats op in het omringende landschap. De rondwandeling om de eilanden heen maakte deel uit van een veel grotere wandeling langs de vestingwerken van de lunetten van Coehoorn, die werden omgevormd tot Sidneypark, het Slingerbos en het Coenspark. De rondwandeling rondom de begraafplaats resteert in ongewijzigde vorm.

Het centraal gelegen eiland is van oudsher het algemene deel van de begraafplaats waarvan de entree gemarkeerd wordt door een HOUTEN POORTGEBOUW (2) uit 1829 waarschijnlijk naar ontwerp van Zocher. Het poortgebouw heeft een rechthoekige plattegrond en wordt afgesloten door een plat dak. Aan de rechter zijde halverwege het centraal gelegen eiland bevindt zich het BAARHUISJE (3) daterend uit de tweede helft van de 19e eeuw, gelegen aan het water. Het baarhuisje met rechthoekige plattegrond bestaat uit een bouwlaag met plat dak. De entree in de kopse gevel is georiënteerd op het slingerpad.

Het rechter eiland betreft het katholieke deel van de begraafplaats en is een oorspronkelijk onderdeel van het ontwerp van Zocher uit 1829. Dit eiland was tot 1902 toegankelijk via een dam vanaf het centrale eiland (de Algemene Begraafplaats). In 1898 wordt deze dam verwijderd en wordt een zelfstandige entree op het rechter eiland gerealiseerd vanaf de Warnsveldseweg. Deze entree wordt gemarkeerd door een STENEN POORTGEBOUW (4) met HEKWERK uit 1902 naar ontwerp van de architect Ludewig uit Arnhem. Het stenen poortgebouw met rechthoekige plattegrond bestaat uit een verhoogd middendeel afgesloten door een meerzijdig tentdak met klokkentoren met aan weerszijden een lager zijdeel bestaande uit een bouwlaag met zadeldak. De doorgang wordt afgesloten door twee smeedijzeren vleugelhekken met art nouveau motieven.

Het linker eiland betreft een uitbreiding van de Algemene Begraafplaats uit 1931 in de stijl van het ontwerp van Zocher. Het linker eiland, dat opgehoogd is, is bereikbaar via een dam vanaf het centraal gelegen eiland. In het verlengde van de dam bevindt zich een monument voor gevallenen 'zij vielen voor het vaderland 10-14 mei 1940'.

De oudste graftekens uit de 19e eeuw bevinden zich op het centrale en het rechter eiland bestaande uit natuurstenen, kunststenen of gietijzeren liggende en staande graftekens al dan niet omgeven door een smeedijzeren hekwerk . Het merendeel van de graftekens dateert uit de 20e eeuw en vertegenwoordigt geen bijzondere individuele waarde. De graftekens zijn geordend in rijen, die zich in een enkel geval oriënteren op het slingerpad. Het centraal gelegen eiland en het rechter eiland vertegenwoordigen een meer romantisch karakter vanwege de situering van de graftekens, slingerpaden en de keuze van beplanting zoals treurbomen. Het linker eiland is meer zakelijk van karakter door een meer rechtlijnige padenstructuur en een overwicht aan groenblijvende beplanting zoals bijvoorbeeld solitaire coniferen en taxushagen achter de graven. Dit stuk reflecteert dan ook de veranderende opvattingen over dood en begraven in de 20ste eeuw. De oorspronkelijke beplanting is sterk aangetast.

De begraafplaats bevindt zich aan de oostzijde van de stad langs de oude uitvalsweg naar Warnsveld. Aan de westzijde wordt de begraafplaats begrensd door een restant gracht van de voormalige lunetten die overgaat in het wandelpad rondom de eilanden (de Kleine Omlegging). Aan de noordzijde grenst het wandelpad nagenoeg aan de Prins Bernardlaan. Aan de oostzijde wordt de begraafplaats voor een groot deel begrensd door het wandelpad en een klein deel door een waterpartij, beide op enige afstand gelegen, parallel aan de Elterweg. Aan de zuidzijde wordt de begraafplaats begrensd door de Warnsveldseweg.

Waardering Algemene en Katholieke begraafplaats van algemeen belang:

- Als voorbeeld van een vroeg 19e eeuwse begraafplaats naar ontwerp van Zocher uit 1829 in landschapsstijl met een romantisch parkkarakter.

- Vanwege de tweeledige functie van de begraafplaats, zowel voor het begraven van de overledenen als het maken van een arcadische wandeling.

- Vanwege de zorgvuldige detaillering, materiaalgebruik en constructie van het houten poortgebouw, het baarhuisje en het stenen poortgebouw.

- Vanwege de functioneel ruimtelijke relatie van de verschillende onderdelen

- Als onderdeel van een meer omvangrijke (niet meer aanwezige) rondwandeling langs de, tot parken omgevormde, lunetten van Zutphen.

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Poortgebouw Uitvaartcentra en begraafplaatsen Begraafplaats en -onderdelen oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Warnsveldseweg 107 7204 BC Zutphen Ja
Types
Hoofdcategorie Subcategorie Beschrijving Notitie
Uitvaartcentra en begraafplaatsen Begraafplaats en -onderdelen
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
B 2694 Zutphen
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1850 1900 vervaardiging
Naar boven