AVC, Delft
Inleiding
Voormalig KETELHUIS annex dienstgebouw, behorende bij het complex 'Rode Scheikunde' gebouwd voor de afdeling der Scheikundige Technologie van de Technische hogeschool, naar ontwerp van architect G. van Drecht uit 1918-1923. Het pand is gebouwd in een Traditionalistische stijl met invloeden uit de Amsterdamse School.
In 1953 werd het ketelhuis verbouwd tot transformatorhuis. Hiervoor werden de noord-westgevels en ook de interne indeling gewijzigd. De bijbehorende schoorsteen is afgebroken. Het dienstgedeelte huisvest momenteel het AVC, het Audio-Visueel centrum van de TU Delft.
Het ketelhuis/dienstgebouw ligt ten zuiden van het hoofdgebouw, ter hoogte van de achteringang, aan het Zuidplantsoen.
N.B. De uitbreidingen van rond 1990 (in rood) en het tochtportaal voor de nevenentree aan de oostzijde zijn vanuit het oogpunt van monumentenzorg van ondergeschikt belang.
Omschrijving
Gedeeltelijk onderkelderd, vrijstaand voormalig ketelhuis van één bouwlaag met plat dak, opgetrokken vanuit een samengestelde plattegrond. Grofweg bestaat de plattegrond uit een kruisvorm. Het gebouw heeft een betonnen constructie en de muren zijn opgetrokken in baksteen. De plint wordt afgesloten met een kunststenen waterlijst, die tevens als lekdorpels van de vensters dienst doet. De rechtgesloten vensters hebben forse kunststenen lateien en achtruits ramen. Rondom worden de gevels afgesloten met een kunststenen kroonlijst en overkragende betonnen daklijst.
De oostgevel bevat een centraal geplaatste hoofdentree, die bestaat uit een granieten stoep met bordes en borstweringen, een entreeportiek met trapsgewijs verspringende dagkanten en houten, dubbele entreedeuren. Het portiek wordt omlijst met geblokte lisenen van kunststeen op een podium van graniet. Dit podium loopt door in de dagkanten. De zware kunststenen latei van het portiek wordt in de kroonlijst erboven nogmaals benadrukt door een risalerend rechthoekig vlak. Aan weerszijden van de entree bevindt zich een venster met zestienruitsraam. Rechts daarvan twee vensters gescheiden door een smalle gemetselde muurdam met achtruitsramen. Links drie kleine hooggeplaatste rechtgesloten vensters met kunststenen lekdorpels. Vervolgens in de oostgevel van het risalerende, noordelijke deel een entree. De noordgevel bevat v.l.n.r. drie vensters en een brede koekoek met drie keldervensters, in het risalerende deel twee keer een reeks van drie vensters en een stalen deur en in het terugliggende deel van het transformatorgedeelte drie enkele stalen deuren onder een bescheiden latei. De westgevel bevat twee rechtgesloten entree's en twee rechtgesloten vensters met achtruits stolpramen.
Waardering
Voormalig ketelhuis behorende bij het complex 'Rode Scheikunde' van de TH naar ontwerp van architect Van Drecht uit 1918-1923 is van algemeen belang vanwege de cultuur- en architectuurhistorische waarde
- als uitdrukking van de functie namelijk ketelhuis/dienstgebouw en vanwege de plaats die het als onderdeel van het hoofdgebouw van de TH inneemt in de geschiedenis van de Technische Universiteit Delft;
- vanwege de karakteristieke hoofdvorm, toegepaste bouwstijl, het materiaalgebruik en de detaillering waarin sprake is van ensemblewerking met de overige complexonderdelen en vanwege de gaafheid.
Het heeft stedenbouwkundige waarde vanwege de beeldbepalende ligging aan de achterzijde van het hoofdgebouw en de ruimtelijk-functionele en visuele relatie met het hoofdgebouw.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Inleiding
Complex bestaande uit het UNIVERSITEITSGEBOUW 'Rode Scheikunde' van de Technische hogeschool, met bijbehorend KETELHUIS annex dienstgebouw en een BIJGEBOUW bijgenaamde 'De Tempel'. Het complex is van de hand van architect G. van Drecht en gebouwd naar Traditonalistisch ontwerp met invloeden uit de Amsterdamse School uit 1918-1923.
Vanwege de slechte huisvesting aan de Westvest en de toeloop van studenten besloot de Technische hogeschool in 1917 tot de bouw een nieuw onderkomen voor de afdeling der Scheikundige Technologie. Na een ontwerpperiode van 1918-1923 werd in de jaren twintig met de bouw begonnen, maar door financiële problemen kwam het complex pas in 1945 gereed. Bij voltooiing bleek het gebouw veel te omvangrijk voor de Afdeling der Scheikundige Technologie. Bovendien vormde de verwarming een groot probleem. Daarom werd de bouw van een kleiner gebouw, het zogenaamde 'Gele Scheikunde'-gebouw aan de Julianalaan 136, aangevangen. De aanduidingen 'Rode' en 'Gele' verwijzen naar de voor de gebouwen gebruikte kleur baksteen. Na WOII kreeg 'Rode Scheikunde' de functie van hoofdgebouw van de TH Delft. Hiervoor werd het gebouw afgewerkt en verbouwd onder leiding van de Rijksgebouwendienst. Ook in de jaren daarna is het gebouw herhaaldelijk verbouwd, onder meer onder leiding van architectenbureau K.J. Roosendaal te Den Haag.
Omschrijving
Het complex 'Rode Scheikunde' bestaat uit 3 onderdelen. Het hoofdgebouw bestaat uit verschillende aaneengeschakelde vleugels en ligt langs de Julianalaan, die van het Oostplein via het Poortlandplein naar de Rotterdamseweg loopt en onderdeel uitmaakt van de oude route naar Rotterdam. Het langgerekte gebouw vormt de zuidelijke gevelwand van het driehoekige De Vries Van Heystplantsoen. De noordelijke en westelijke wand van dit plantsoen worden gevormd door resp. het gebouw van Mijnbouwkunde en het gebouw voor Analytische Scheikunde. Ten zuiden van de hoofdentree ligt het voormalige ketelhuis. Ten zuidoosten van het hoofdgebouw ligt het bijgebouw dat bekend staat als De Tempel.
Waardering
Het complex 'Rode Scheikunde', later hoofdgebouw van de TU, aan de Julianalaan 132;134 van architect Van Drecht naar ontwerp van 1918-1923 is van algemeen belang vanwege de cultuur- en architectuurhistorische waarde
- als uitdrukking van de functie namelijk universiteitsgebouw voor Scheikunde en als hoofdgebouw van de universiteit en vanwege de plaats die het inneemt in de geschiedenis van de Technische Universiteit Delft;
- vanwege de toegepaste stijl, vanwege de plaats die het inneemt in het oeuvre van de architect Drecht en vanwege de karakteristieke hoofdvorm, het materiaalgebruik en de detaillering en vanwege de gaafheid.
Het heeft stedenbouwkundige waarde vanwege de beeldbepalende ligging aan het De Vries van Heystplantsoen, de centrale ligging in de TU-wijk en de ruimtelijk-functionele en visuele relatie met de omringende gebouwen van de TU.
Het complex heeft zeldzaamheidswaarde als één van de grootste voor-oorlogse universiteitsgebouwen.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Ketelhuis | Boerderijen, molens en bedrijven | Industrie | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Zuidplantsoen | 2 | – | 2628 BZ | Delft | – | – | Ja |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | A | 9700 | – | Delft |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1918 | 1923 | – | vervaardiging |
1953 | 1953 | – | verbouwing |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
van Drecht, G. ; Drenthe | architect / bouwkundige / constructeur | – |