Deftig herenhuis (ca. 1860) van vijf vensterassen. Parterre en verdieping met schilddak. Middenrisaliet met aan weerszijden van de deurboog atlanten die een hoofdgestel, waarboven balkon, dragen. Aan weerszijden van het bovenvenster een pilaster met bladkapiteel. Gepleisterde hoekblokken.

Inleiding

"De drie koornbloemen". Monumentale, bakstenen stellingmolen met zeer hoge, conische romp. Aan de oostzijde mooie gevelsteen met opschrift en jaartal: 1770.

Op de v.m. buitenplaats Bokkenburg ca. 1852 aangelegde BEGRAAFPLAATS. Als centraalbouw opgevatte neo-classicistische kapel, de muren met hardsteen bekleed. Tentdak met achthoekig open klokketorentje.