Gemeentelijk monument Metaal Kathedraal in Utrecht
Abel Tattje is trots op wat er in en rond ‘zijn’ kerk groeit en bloeit. Hoewel de kerkelijke functie van het gemeentelijk monument uit 1857 al sinds 1939 geen rol meer speelt, is er nog steeds sprake van een enthousiast geloof: in het gebouw en haar mogelijkheden en in het vermogen van de natuur om oplossingen te bieden voor grote problemen.
Metaal Kathedraal staat aan de rand van de Utrechtse nieuwbouwwijk Leidsche Rijn. De kerk werd gebouwd in 1857. Maar in 1939 raakte de kerk buiten gebruik. Zijspanbouwer Jan Bon zag mogelijkheden voor een herbestemming en begon er in 1941 zijn Hollandia Zijspanfabriek. In 1975 vestigde zich een metaalconstructiebedrijf in het gebouw, waarna de kerk in 2008 uiteindelijk leeg kwam te staan. Het lukte de projectontwikkelaar die het in bezit had niet om het pand en het omliggende landgoed te herbestemmen. Daarom werd het pand in 2010 in tijdelijk verhuurd aan kunstenaar Maureen Baas. Niet lang daarna sloot haar partner Abel Tattje zich bij haar aan.
Verliefd
Jaren later pas wilde de projectontwikkelaar het pand en het omliggende terrein verkopen. In 2014 werden Maureen Baas en Abel Tattje samen eigenaar van Metaal Kathedraal. Abel vertelt: ‘Wij investeerden ieder jaar dat we huurden al flink wat geld in verbeteringen, terwijl we steeds maar moesten afwachten of we het een jaar later nog steeds konden huren. Het pand stond op instorten, maar wij waren er verliefd op geworden. Wij hadden een culturele bestemming voor ogen en duurzaamheid was van meet af aan een thema. Zo hing er al in 2011 een acht meter hoge waterval van petflessen, een kunstwerk van Wang Zuang. Daarmee was de plastic soep het eerste thema van het culturele programma. En we deden er alles aan om dit gebouw te behouden in plaats van te slopen. Dat was een grote daad van duurzaamheid. Gelukkig waren er financiers die onze plannen zagen zitten, zoals het Restauratiefonds, de Triodosbank en het K.F. Heinfonds. Zo kwam er meer dan 2 miljoen euro beschikbaar waardoor we aan de slag konden.’
Duurzaamheid was van meet af aan een thema.
Restauratie in beeld
Zelfvoorzienend gebouw
De inzet van de restauratie en de verbouwing was en is erop gericht om van Metaal Kathedraal een autarkisch, dus zelfvoorzienend, gebouw te maken. Abel: ‘De fundamenten daarvoor hadden we al in de jaren voor de koop gelegd. Bijvoorbeeld door in de zijbeuken ateliers te bouwen en die goed te isoleren. Het dak met isovlok en sedum, de muren met schapenvet. Ook legden we er vloerverwarming aan, die in 2020 draait op energie van onze eigen zonnepanelen. De WC’s spoelen we met ons eigen regenwater en de buitenkeuken stoken we met door onszelf geproduceerd gas.’
De buitenkeuken stoken we met door onszelf geproduceerd gas.
Metaal Kathedraal
Idealisme en commercie
Voor alle verbeteringen is geld nodig en dat geld levert Metaal Kathedraal zelf op. ‘Om alle benodigde ingrepen te kunnen betalen, organiseren wij evenementen. Die evenementen helpen op verschillende manieren om ons doel dichter bij te brengen. Wij laten hier zien hoe circulair leven vorm kan krijgen: bijvoorbeeld door het goed (her)gebruiken van een monument. Maar we laten ook zien hoe wij afval van evenementen gebruiken om weer energie op te wekken. Idealisme en commercie gaan bij ons perfect samen en voeden elkaar.’
Idealisme en commercie gaan bij ons perfect samen.
Goede en slechte scheuren
‘Iemand van de gemeente Utrecht bracht ons in contact met de Monumentenwacht Utrecht. Eens per jaar komt er nu een monumentenwachter voor een inspectie. Er is een aantal punten waar hij extra aandacht voor heeft. Zo zaten de monumentale spanten onder de zwam en boktor. Hoewel dat nu allemaal verwijderd is, moeten we het toch in de gaten houden. En het pand blijft bewegen. Ook daarom ben ik blij met onze wachter, want hij weet ook het verschil tussen een ‘goede’ en een ‘slechte’ scheur.’ Monumentenwachter Gert van den Berg is enthousiast over Metaal Kathedraal: ‘Het gebouw heeft een prachtig spantenstelsel. Als je op de verdieping komt dan zie je hoe schitterend dat is. Ik heb meetpunten aangebracht, zodat we goed kunnen monitoren hoe het gebouw reageert op verschillende activiteiten in de omgeving of activiteiten in en aan het pand.’
Eens per jaar komt er nu een monumentenwachter voor een inspectie.
Inspectie 2018
Verduurzamen monument
Monumentenwachter Gert van den Berg merkt dat veel eigenaren bezig zijn met het verduurzamen van hun monument. ‘Verduurzamen of wooncomfort vergroten zijn voor eigenaren vaak de aanleiding om hun monument aan te pakken. Wij staan daar positief tegenover, je moet als eigenaar van een monument met de tijd mee gaan. Dat doen wij als wachters ook: met een infraroodcamera kunnen wij nu energielekken in monumenten in beeld brengen. Ik verwijs eigenaren wel altijd door naar de gemeente voor toestemming voor hun plannen. De eigenaren van Metaal Kathedraal zijn heel vooruitstrevend en ik merk dat ze goed contact hebben met de gemeente over hun plannen.’
Met een infraroodcamera kunnen wij nu energielekken in monumenten in beeld brengen.
Duurzaamheid
Abel en Maureen hebben onlangs nog een DuMo- (Duurzame Monumenten) onderzoek laten doen. Abel: ‘Uit de Duurzaamheidsadvies bleek dat de vloer van het schip van de kerk een groot energielek is. In de zijbeuken van de kerk, waar we ateliers hebben, is al vloerverwarming, die we verwarmen met door onszelf geproduceerde energie. Maar de betonnen vloer in het schip is hierbuiten gebleven. Daar willen we mee aan de slag, evenals met het aansluiten van de warmtepomp. Inmiddels zijn ook onze 250 zonnepanelen aangesloten, daar kunnen we 60% van onze energiebehoefte mee opvangen. De welstandscommissie was in eerste instantie niet blij met dit plan, maar uiteindelijk kregen we toestemming. We moesten dan wel een wat duurder type zonnepanelen aanschaffen. Die zijn helemaal zwart en er is geen aluminium zichtbaar. Iemand die het niet weet, ziet niet dat wij zonnepanelen op het dak hebben. Stap voor stap brengen we onze Metaal Kathedraal dichter bij ons ideaal van zelfvoorzienendheid.’
Gelaagdheid van de geschiedenis
‘Wij vinden het belangrijk dat de gelaagdheid van de geschiedenis van het pand zichtbaar blijft. Je ziet de sporen van al het gebruik: kerk en industrie en nu cultuur en ecologie. Alle lagen koesteren wij. Zo hebben we ornamenten van de kerk bewaard, tegelijkertijd hebben we beschadigingen uit de tijd van de metaalfabriek ook zichtbaar gelaten. Dat maakt dat het bijzondere verhaal van dit pand ook zichtbaar blijft. Als er weer eens tijd en geld is, zullen we bijvoorbeeld de schilderijen bij het altaar aan gaan pakken. Wij maken een heel klein stukje zichtbaar van wat onder de stuclaag zit. Mensen weten dan: ‘Er zit iets moois onder en dat wordt daar bewaard.’
Er zit iets moois onder en dat wordt daar bewaard.
Transitie laten zien
‘Overigens is het nooit af en dat hoeft ook niet. De ontwikkelingen gaan momenteel razendsnel. We kunnen hier de ontwikkelingen in de transitie laten zien. De vloeren van de ateliers zijn nog niet van recyclebaar beton, maar bijvoorbeeld voor de vloer in het schip kunnen we dat al wel gaan gebruiken. We zijn hier niet van de grote installaties, maar vooral van de kleine, praktische voorbeelden. Daarbij geloven wij in de kracht van de natuur, daar moeten we meer gebruik van maken. Hier is te ervaren hoe wij het hier doen, met nadruk op doen. En dat inspireert. Er komen mensen overal vandaan naar ons toe. Wij hebben dit door geloof, vertrouwen en heel hard werken gerealiseerd. De combinatie van religieus en industrieel verleden met onze ecologische invulling werkt heel erg goed. Daar ben ik het meest trots op.’
De combinatie van religieus en industrieel verleden met onze ecologische invulling werkt heel erg goed.